Jeanne-Marie Baarends werkte als communicatietrainer bij Schoevers en gaf op een eerder congres de workshop ‘Hij bedoelt het niet zo – communicatie met artsen en specialisten’.
Waarom is een goede communicatie tussen afdelings- medisch secretaresses en artsen zo belangrijk?
‘Omdat dit voor een goede werksfeer zorgt. Fijn voor de arts, secretaresse én de patiënt. Bij veel artsen en secretaresses gaat dit goed, maar anderen kunnen nogal langs elkaar heen praten.’
Hoe komt dat?
‘Doordat artsen en specialisten wat meer afstandelijk kunnen zijn. Hun drijfveer is vaak inhoudelijk: ze willen een patiënt beter maken, en hierbij richten ze zich vooral op het fysieke welzijn van de patiënt. De medisch secretaresse heeft bij het beoefenen van haar vak vaak een heel andere drijfveer: de sociale. Ze werkt graag met mensen, en hecht waarde aan wat de ander van haar vindt. Dat kan wel eens botsen met een arts of specialist, die helemaal geen boodschap heeft aan aardig zijn.’
Dus artsen en specialisten zijn botte horken?
‘Nee, dat hoeft helemaal niet. Maar secretaresses kunnen het wel zo opvatten. Tijdens mijn workshop vertelde een medisch secretaresse dat als zij binnenkwam, de arts niet eens opkeek van zijn werk. Dat vond ze heel vervelend. Het kwam bot over, en gaf haar een minderwaardig gevoel. Terwijl dat helemaal niet wil zeggen dat hij dat ook zo bedoelt. Het is háár oordeel over zijn gedrag, en het haar gevoel dat ze eraan koppelt. Daarom noemde ik mijn workshop ook “hij bedoelt het niet zo”.’
Klinkt bijna als ‘Vrouwen komen van Venus, mannen van Mars’…
‘Maar dat is vaak ook echt aan de hand tussen artsen en secretaresses. Door goed met elkaar te communiceren, kan deze kou uit de lucht worden gehaald. Secretaresses mogen zich hierover ook best wat meer uitspreken tegenover de arts. Als ze dat niet doet, loop je het risico dat de werksfeer alleen maar erger wordt. Want zij probeert zoveel mogelijk non-verbaal haar punt te maken, terwijl hij denkt: wat moet ik met dat gemuts? Overigens lijkt het nu net alsof alle artsen en specialisten mannelijk zijn, dat is natuurlijk niet zo. Maar ook bij vrouwelijke specialisten ligt de nadruk vaak meer op de inhoud dan de vorm.’
Wanneer wordt het tijd om zulke dingen aan te kaarten?
‘Als je merkt dat het je echt dwars zit. Sowieso is het belangrijk om eerst na te gaan: is dit gevoel terecht, of wordt dit vooral veroorzaakt door mijn behoefte om bijvoorbeeld aardig gevonden te worden of onbegrip. Probeer minder te oordelen over het gedrag van de arts of specialist, en trek het je niet persoonlijk aan. Dat kan al een hoop schelen. Helpt dit niet, dan trek je aan de bel.’
Da’s best eng…
‘Zeker, vooral als de hiërarchie sterk aanwezig is op een afdeling. Maar het alternatief is nog minder prettig. Het is ook belangrijk dat je op een goede manier feedback kan geven, zonder verwijten. Dus zeg niet: “Je negeert me als ik binnenkom”, maar zeg: “Ik merk dat ik je niet aan kan kijken als ik binnenkom, en dat ik dat niet prettig vind. Hoe zullen we dat oplossen?” Geweldloos communiceren dus, zonder oordelen, maar vanuit het gevoel dat jij ervaart. Dat kan soms best lastig zijn, maar is wel heel belangrijk. Door goed te communiceren, kunnen arts en secretaresse elkaar enorm goed aanvullen, en da’s winst voor iedereen.’
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account