Bij het begeleiden van stagiairs komt heel wat kijken. En natuurlijk heeft ieder zijn eigen stijl, maar praktijkopleider Dorin van Oss van het Meander Medisch Centrum weet bij welke aanpak stagiairs floreren of zich terugtrekken. Ze vertelt aan TVV welke 5 eigenschappen een werkbegeleider zou moeten nastreven.
1. Veilige leeromgeving kunnen creëren
‘Een stagiair moet de gelegenheid krijgen om te mogen en kunnen leren. Dit betekent niet dat je ze met alles bij de hand moet nemen, maar je moet ze zo ondersteunen dat ze nog wel hun eigen leerproces doorlopen. We hadden hier een stagiaire die een onvoldoende had gekregen voor een eerdere stage die ze nu weer bij ons moest doorlopen. Het was aan de stagiaire of ze wilde dat collega’s dit zouden weten. Je weet nooit wat voor redenen achter die onvoldoende zaten, dus zo’n stagiaire verdient een schone lei in plaats van beginnen met het stempel ‘slecht’. De vaste werkbegeleiders die het wel wisten, konden hierdoor discreet inspelen op lastige momenten.’
2. Inzicht hebben in eigen leerstijl en leerstijl van stagiair
‘Er zijn verschillende leerstijlen, van doener tot denker. Als een werkbegeleider die een doener is, een stagiair die denker is gaat begeleiden, kan dit irritatie opleveren. De denker zou eerst alle protocollen uitpluizen, opzoeken wat nodig is, terwijl de doener denkt: ‘Jemig wat gaat dit traag!’ Als je inzicht hebt in de leerstijlen, kun je meer begrip kweken en erop inspelen. Het is namelijk uiteindelijk de bedoeling dat er ruimte is voor het toepassen van alle leerstijlen, afhankelijk van de situatie.’
3. Wees integer
‘Hiermee bedoel ik; niet oordelen over stagiairs of collega’s. Natuurlijk wordt er overal geroddeld, dat is niet tegen te houden, maar het is goed om er alert op te zijn dat je dit, vooral in het bijzijn van stagiairs niet doet. Ik hoorde een werkbegeleider opscheppen over haar stagiaire, dat ze zo goed is, actief en competent. Dit deed ze in het bijzijn van een andere stagiaire. Ik zag deze stagiaire helemaal onzeker en klein worden. Zoiets is niet slim om te doen. Maar andersom, dus (negatief) oordelen over een werkbegeleider waar een stagiair bij staat, moet je ook laten. Je stelt een persoon waar een stagiair vertrouwen in heeft in een slecht daglicht. Je kunt het natuurlijk nooit helemaal goed doen, maar probeer het roddelen in ieder geval te beperken.’
4. Feedback kunnen geven
‘Bij een stage is het belangrijk dat het beste in de stagiair naar boven wordt gehaald. Dus: wat gaat er goed en wat kan er beter? Probeer dit met een positieve benadering te doen. Natuurlijk moeten dingen die echt niet goed gaan, benoemd worden. Maar ik denk dat stagiairs meer groeien als positiviteit op de voorgrond staat.’
5. Empathie
‘Verplaats je eens in de stagiair. Hoe zou dat voelen? Ik vraag wel eens aan collega’s welke negatieve ervaring ze het meest is bijgebleven uit hun opleiding. Dan krijg je gelijk reacties als: ‘Oh ik weet nog zo goed…!’ of ‘Dat vergeet ik nooit meer. Wat voelde ik me toen ellendig.’ Hierdoor word je bewust van wat je zelf ook niet zou willen. Daar help je stagiairs enorm mee. Je hoeft en kunt stagiairs natuurlijk niet overal tegen te beschermen, maar een stukje bewustzijn doet een hoop goed.’
Door Rachel van de Pol in samenwerking met Dorin van Oss. Zij is verpleegkundige en praktijkopleider bij het Meander Medisch Centrum. Voor de website Praktijkopleiden.nl blogt ze regelmatig over haar werkzaamheden. Deze blogs zullen in 2013 gebundeld worden in een boek.
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account