De verpleegkundig directeur van een zorgboerderij hield geen gegevens bij over de gezondheidstoestand van een cliënte. Het tuchtcollege Groningen geeft haar hiervoor een waarschuwing.
De cliënte, een vrouw met geestelijke en lichamelijke beperkingen die op een zorgboerderij woonde, kreeg in verband met stemmingswisselingen Carbamazepine voorgeschreven. Volgens de ouders van de cliënte was hun dochter hierdoor altijd moe en kostte elke vorm van beweging haar veel moeite. In een tuchtklacht verwijten zij de verpleegkundig directeur van de zorgboerderij onder andere dat zij onvoldoende aan verslaglegging heeft gedaan.
Papierwinkel
Het verweer van de verpleegkundige luidt dat de verslaglegging minimaal was omdat zij de handen aan het bed belangrijker vond dan de ‘papierwinkel’. De medewerkers hadden wel een en ander vastgelegd maar door het faillissement van de zorgboerderij bevond die verslaglegging zich bij de curator.Het tuchtcollege vindt dat van een verpleegkundige en hoofdverantwoordelijke bij een zorgboerderij verwacht mag worden dat zij rapporteert over voorgeschreven medicatie en de effecten daarvan. Ook moet gerapporteerd worden over het contact tussen de cliënt en de artsen. Omdat de verpleegkundige niet heeft aangetoond dat er gezondheidsgegevens zijn vastgelegd gaat het tuchtcollege er vanuit dat dit niet gebeurd is.
Onprofessioneel
Het tuchtcollege oordeelt dat de verpleegkundige in strijd handelde met artikel 7:454 van de WGBO. Volgens dit artikel zijn hulpverleners verplicht om een dossier aan te leggen waarin zij verslag moeten doen van de behandeling en de gezondheid van een patiënt. Het tuchtcollege vindt dat de ontbrekende verslaglegging getuigt van onprofessioneel handelen en geeft de verpleegkundige daarvoor een waarschuwing.
Auteur: TvZ – Rian Buijse
Bron: Tuchtcollege Groningen
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account