Een verpleegkundige is een formidabel wezen, al zeg ik het zelf.
Verpleegkundigen moeten van alles altijd heel veel weten. Zij spreken de taal van de hoog geschoolde medicus, observeren lichaamsscharnieren als fysiotherapeuten en adviseren diëtistisch over voeding. Nee, wij doen het niet evengoed of beter, maar we doen het wel fantastisch. Dat is het fijne van mijn beroep. De veelzijdigheid en uitdaging. Nooit een dag hetzelfde, zelfs niet een dag hetzelfde beroep.
Een groot nadeel van al die veelzijdigheid ís soms de uitdaging. Want wat moet je allemaal wel niet weten in ons vak? Bij welke temp je een arts moet waarschuwen en waarvoor en dat dat niet nodig is bij dezelfde temperatuur na een bronchoscopie. Na hoeveel dagen je een urinecatheter moet vervangen. Mag je eigenlijk een maagsonde inbrengen bij een comateuze patiënt? Mag je twee zetpillen achter elkaar geven? Wat was ook alweer het faxnummer van de apotheek? Zijn deze intraveneuzen verenigbaar? Over welke heup draai je een patiënt na een Total-hip?
Als fulltimer wist ik de meeste van bovenstaande vragen te beantwoorden. En ik wist waar ook alweer het glijzeil of de haarwasbak stond. Tegenwoordig wordt het moeilijker. Misschien is het leeftijd, moederlijke vermoeidheid of gewoon het niet onderhouden van mijn kennis door vele dagen vrij. Ach, ik had dit ook al, toen ik net met dit beroep begon. Als pleeg zie je soms door alle wijzigingen het beleid niet meer.
Nu had ik iets bedacht: een werkgroep met bezielde mensen die helpen meedenken: hoe houden wij de informatie allemaal voorin ons hoofd? Zodat we erover kunnen beschikken, wanneer dat nodig is. Om steeds terugkerende frustraties te verhelpen. Want iederéén zou nu toch eens moeten weten dat je een zuurstofslang elke 24 uur dient te vervangen en je catheterzakken moet legen voor het eind van je dienst?!
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account