Als wijkverpleegkundige probeert Evelyn aan de wensen van haar cliënten tegemoet te komen. Door personeelstekort lukt het niet en dat doet pijn.
Ik kom voor het eerst bij meneer de Vries. Hij wil graag van dezelfde thuiszorgorganisatie zorg blijven ontvangen ondanks dat hij is verhuisd. Hij is diabetespatiënt en heeft daarbij hulp nodig. Wanneer ik vraag wat meneer gewend is qua tijden geeft hij aan dat ze altijd om 9 uur kwamen. Ik schrik: daar is op dit moment echt geen ruimte. ‘Het wordt 11 uur, of als u een vroege vogel bent kunnen we om 7 uur komen,’ leg ik uit. We spreken het laatste af.
Na een aantal maanden komt het regelmatig voor dat meneer om 12 uur een hypo heeft. We komen er achter dat hij ondanks onze herhaalde uitleg, niet gaat eten maar terug naar bed gaat. Hoe kunnen we dit probleem oplossen? Ik laat het even bezinken.
Vervolgens ga ik langs bij mevrouw Franken. Zij krijgt hulp bij het douchen en de steunkousen aandoen. Het is voor haar niet levensbedreigend als ze wat naar voor of naar achter in de zorgroute schuift. Mevrouw is al jaren bij ons in zorg, maar ik moet haar toch mededelen dat zij laat in de ochtend geholpen kan worden. Ze moet huilen als ik het haar vertel: ze gaat iedere dag naar het wijkgebouw om daar koffie te drinken. Ze is bang dat ze dit niet meer kan doen als ze zo laat wordt geholpen.
Ik zit met de handen in het haar: ik moet kiezen tussen levensbedreigende of sociale gevolgen van mijn cliëntenplanning. Ik besluit om nieuwe aanmeldingen kritisch te bekijken. Samen met collega-wijkverpleegkundigen wil ik bekijken waar wél ruimte is zodat we toch maatwerk en kwaliteit kunnen bieden. Maar het levert op de korte termijn niets op. Balen!
Hoe zorg ik in alle drukte ook goed voor jezelf? Dat is het thema van het congres Zorgprofessional in balans. Check hier hoe, wat en waar >>>
De volgende dag kloppen meneer en mevrouw Jansen aan voor extra hulp. Mevrouw is al geruime tijd niet lekker en blijkt nu een longontsteking te hebben. Meneer heeft dementie in een vergevorderd stadium. Er is geen netwerk aanwezig om mevrouw te ontlasten. Als professionals kunnen we tijdelijk de dagelijkse structuur van het gezin overnemen. Zo behouden we de meeste rust en kan meneer thuisblijven. En mevrouw kan herstellen en haar mantelzorgtaken later weer oppakken.
Maar geen enkele thuiszorgorganisatie in de omgeving heeft op de vroege ochtend ruimte om deze mensen te helpen bij het opstarten van de dag. Op zijn vroegst kan er nog iemand komen om 11 uur. Het doet me pijn dat we niet in staat zijn deze mensen eerder te helpen.
Als mevrouw Franken mij de volgende ochtend belt waarom er nog geen zorg is geweest, zak ik door de grond. Helemaal vergeten! Ze had mij nog zo gevraagd wat eerder te komen in verband met een ontbijt in het wijkgebouw. Ik ga snel naar haar toe, maar vergeet vervolgens de nuchtere bloedglucosewaarde van meneer de Vries. Voor hem wordt het 10 uur, terwijl hij al trots aan zijn ontbijt is begonnen.
We houden van onze cliënten; we rennen liever wat harder dan dat zij de dupe zijn van onze planproblemen. Soms voel ik dat ik tekortschiet. Ik vind het erg dat het door de volle zorgroutes niet lukt voldoende aandacht (en kwaliteit) te geven aan onze cliënten: de mensen voor wie we dit werk toch doen… Ik wou dat de wijkverpleging populair was onder studenten verpleegkunde, zodat we samen de zorg op ons konden nemen. De wijk is echt een geweldige plek om verpleegkundige te zijn!
In haar vorige blog beschrijft Evelyn hoe breed de blik van de wijkverpleegkundige tegenwoordig moet zijn. Heel breed! Dat lees je hier >>>
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account