Moet je de patiënt keihard beschermen door strikt de bezoekregels te hanteren? Of mag je af en toe iets vermoeiends toestaan?
Op mijn afdeling zijn we streng in de bezoekregels. Gretige buren en familieleden worden voor half drie ’s middags onderschept op de gang. Vanwege middagdutjes die nog sluimeren. Omdat wij die arme, zieke patiënten hebben overprikkeld tot het middageten. Rustuur is heilig. Broodnodig voor herstel.
Ook de regel van maximaal twee bezoekers per bed wordt nageleefd. Zeker op de vierpersoonskamers waar twaalf mensen bij elkaar flinke onrust veroorzaken. Tja, en dan is er soms nog een onderzoek nodig om het totale ziekteproces optimaal in kaart te brengen. Helaas komt het geregeld voor dat deze vallen tijdens bezoektijden. Luid gemopper klinkt dan op. Het is nu toch bezoekuur?
Ik heb mij heel eerlijk wel eens (of vaker) geïrriteerd aan bezoek. In soaps staan ze altijd op zonder klagen als de zuster meldt dat het bezoekuur is afgelopen. In de ‘reality’ komen mensen altijd ‘van ver’ of ze hebben een andere goede reden om zich niet aan de patiëntbeschermende bezoekregels te houden. Moet ik optreden als een verpleegagent met overredingskracht en sancties.
Maar gister liep alles anders. Zat ik ineens als bezoeker in mijn ziekenhuis. Eerst op de spoedeisende hulp en later op een afdeling. Ik ondervond hoe begrip, vriendelijkheid, geduld en een goede uitleg van ziekenhuispersoneel dan van levensbelang zijn. Maar vooral hoe belangrijk het voelt om op bezoek te komen. Om spullen te brengen en de dag te evalueren. Om afleiding te bieden en bloemen te verzorgen. Om te luisteren en te helpen. Er kwam een zuster binnen. Ze zei niks. Maar het was al ruim twintig minuten geen bezoekuur meer. Daar zat ik, verpleegkundige, de zuster in de weg te zitten.
Wat vind jij van bezoekregels? Moet je de patiënt keihard beschermen of af en toe iets vermoeiends toestaan?
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account