Barbara deed met plezier de inservice-a opleiding. Het was niet het walhalla, maar toch. Haar dochter doet de hbo-v en wil werken in het ziekenhuis. Hebben alle stages in andere sectoren dan wel zin?
Nee, vroeger was heus niet alles beter. En ik wil al helemaal niet klinken als een oude zure verpleegkundige. Maar ik neem jullie toch even mee terug naar de jaren ’80 en ’90 van de vorige eeuw.
Tot dan toe was het lekker overzichtelijk. Wilde je de zorg in en verpleegkundige worden? Dan had je een aantal keuzes. De A voor Algemeen verpleegkundige, opgeleid in het ziekenhuis. De B voor Bijzonder verpleegkundige, dat betekende dat je de psychiatrie in ging. De Z voor Zwakzinnigenzorg, zoals dat toen heette. Daarnaast had je nog de ZV, voor Ziekenverzorgenden, nu verzorgende ig geheten.
Als leerling ging je eerst een paar maanden naar school en dan hup, het werkveld in. Ervaring opdoen, leren in de praktijk, kilometers maken en gehard worden. Af en toe een paar weken naar school en dan weer vlug aan het werk. Dat waren nog eens tijden.
Er kwam steeds meer kritiek op deze manier van opleiden: het onderwijs was te veel gericht op de eigen instelling. Verpleegkundigen moesten breder opgeleid worden, want dan waren ze breder inzetbaar. En met de tekorten in de zorg had men daar wel oren naar.
De verpleegkundige als product in de toenemende marktwerking. En de hbo-v en mbo-v als snoepwinkel voor de toekomstige verpleegkundige. Even snoepen van verpleeghuiszorg, dan ruiken aan de gehandicaptenzorg, en passant de psychiatrie aanraken en dan vaak je laatste jaar het ziekenhuis in. Na deze vierjarige opleiding krijg je een verpleegkundediploma en je speld, en wordt je geacht zelfstandig te kunnen werken.
Maar wat als je al zeker weet dat je het ziekenhuis in wilt? Dat je juist de hbo-v gaat doen omdat het je droom is om op een spoedeisende hulp of ambulance te werken? Ik zie nu van dichtbij, bij mijn dochter die de hbo-v doet, hoe lastig het is om een stageplek in een ziekenhuis te krijgen in het eerste of tweede jaar. Ze probeerde het beste ervan te maken tijdens haar verpleeghuisstage.
En het werken in de verstandelijk gehandicaptenzorg komend jaar zal ook leerzaam zijn. Maar het is niet wat ze wil. Het demotiveert zelfs. Ik vind het niet verwonderlijk dat zoveel studenten stoppen met de opleiding. Er zijn te weinig stageplekken op de gewenste leerplek om de studenten lekker te maken voor het vak.
Ook bij ons op de afdeling komen pas derde- of vierdejaars studenten stage lopen. Voor het eerst in een ziekenhuisomgeving. Niet zelden zie ik deze stagiairs worstelen om boven te blijven. Het gebrek aan ervaring wreekt zich dan.
Ik ben tijdens mijn inserviceopleiding binnen mijn ziekenhuis breed opgeleid. Daar heb ik nog altijd voordeel van: van bijna elk specialisme leerde ik de basis kennen. Dat is de kracht van de oude inserviceopgeleide verpleegkundigen. Dat gun ik ook mijn dochter en haar medestudenten. Maar ja.
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account