Sandra is een ernstig zieke patiënt kwijt. Na een uur verschijnt de vrouw plotseling weer, met blosjes op haar wangen en dansende haren. Wat is er mis met dit plaatje?
Een mevrouw die heel geregeld bij ons ligt, omdat die akelige kanker haar alweer strakker in zijn grip kreeg, zegt dat ze nog even naar het toilet gaat. Vervolgens ben ik haar een uur kwijt. Ik trek als een razende toiletten open, ren rondjes over de afdeling. Ze kan niet ver zijn. Ze komt nooit ver zelf. Als ik net de bewaking wil gaan bellen, komt ze ineens haar kamer weer op gewandeld. Haar haar danst, haar badjas wappert. Ze heeft blosjes op haar wangen.
‘Koorts?’ denk ik onmiddellijk, terwijl ik haar bespring met een thermometer. Maar van heel dichtbij zie ik nog iets… ze heeft een glimlach op haar gezicht. En ontspanning in haar ogen. Mijn radar piept en kraakt. Wat is er mis met dit plaatje?
‘Ik had haar even van je geleend’, zegt een mevrouw achter deze mevrouw. Ze draagt een uniform, maar niet wit, zoals het mijne, het is zwart. Deze dame heeft een stewardessenglimlach en een yogastem. Ze zal mijn aura wel lezen, want ze stapt op mij af en steekt haar hand uit. Ze blijkt de mevrouw van het winkeltje in de hal. Nou ja, winkeltje… deze mevrouw in het zwart heeft een ontspanningsruimte, met een massagetafel, handdoeken in rolletjes, kabbelend watermuziek. En zij heeft mijn patiënt meegenomen. ‘Voor een hoofdhuidmassage’, gilt de patiënte, die vanmorgen nog nul kracht en energie zei te hebben. ‘Als ik weer opgenomen word, ga ik direct weer naar haar toe!’ Mijn patiënte klinkt alsof ze ernaar uitkijkt om weer opgenomen te worden. Deze mevrouw in het zwart is goud waard!
Mijn ziekenhuis heeft dus sinds een poosje complementaire zorg te koop. Nou ja, het was er al wel, zo hier en daar: verpleegkundigen met massage-ervaring, beetje parfum in plaats van stomageuren, kussentje zus, extra dekentje zo. Maar nu hebben we daar dus een professionele collega voor…
Tja.
Dat mensen uitkijken naar iets ziekenhuizigs, dat is magisch. Ik wilde de mevrouw in het zwart ook wel zoenen. Ze maakte mijn patiënte even blij, even geen patiënt, even genietend, even ontspannen.
Maar potverdorie… dat wilde ik graag zelf doen! Ondertussen raken ik en de mijnen, de verpleegkundigen, ingesnoerd in werkdruk. Door visitelopen zie ik de patiënten bijna niet meer. Ik kijk ze in de ogen als ik was om 9 uur en bij het katheterzaklegen om 15 uur. Ik wil ook wel een lang gesprek, een aanraking zonder verpleegdoel, even uitgebreid scheren, samen hard lachen, even naar buiten… maar dat hoort niet meer bij de verpleegkunde.
Als je tegenwoordig een goede verpleegkundige wilt worden, zoals ik dat wilde zijn toen ik voor dit prachtige vak studeerde, met de patiënt als psychosomatische eenheid, dan moet je niet meer in het wit. Dan moet je bijleren tot je een zwart pak aan mag. Nee, deze mevrouw is geen verpleegkundige. Zij kan niet wat ik allemaal kan. Maar zij kan mijn patiënt aan het lachen maken, echt aan het lachen. Ik overweeg een omscholing…
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account