Feestdagen: het blijft een dubbel gevoel. Geluk lijkt te overheersen, maar ondertussen wordt er gewoon overleden, gestorven, doodgegaan.
Feestdagen. Boom, glitter, hapjes, drankjes en plotseling zie ik alles dubbel. Feestdagen kunnen dat. Die kunnen enorm ontroeren en verblijden, stress verhogen en verrassen. Als een vuurpijl gaan mijn emoties alle kanten op. Ik zeg ‘ik zie dubbel’, maar eigenlijk is het meer een dubbel gevoel, wat me plaagt.
Ik voel me dubbel omdat ik moet werken, waar niet-plegen vrij zijn. Maar ook dubbel omdat het werk op feestdagen geregeld liever, zachter en plezieriger is. Collega’s en patiënten begrijpen elkaar beter: we zijn veroordeeld tot elkaar deze dagen; laten we er iets warms van maken.
Nachtcollega’s organiseren een schattig ontbijtje met een steeklaken over de tafel en kerstbrood op ziekenhuisborden. Het is zo dubbel. Het is gezellig. Maar liever was ik nu met mijn naasten, natuurlijk. Het is half acht ‘s ochtends en we bulderen van het lachen. De tranen lopen langs mijn wangen. Ik moet niet zeuren. Het zijn tranen van het lachen, met mij gaat alles goed.
En over tranen gesproken. Op kamer vier ligt een meneer. Zijn naasten zijn wel bij hem met kerst. Maar dat is voornamelijk omdat hij er na de kerst waarschijnlijk niet meer is. Ook deze mensen lopen de tranen over de wangen, maar dat is niet van plezier. Voor hen werken wij, verpleegkundigen, vandaag daarom nog een beetje harder, creatiever, toegewijder. Omdat het kerst is en zij hier moeten zitten, met dit.
Wat dubbel. Op tv word je doodgegooid met rijkelijk gedekte tafels, glanzend zilverwerk en schalen vol eten. Iedereen lacht en lijkt gelukkig en alle films lopen goed af. Ondertussen wordt er gewoon overleden, gestorven, doodgegaan.
Dubbel. Ik heb lieve naasten, die geduldig wachten tot mijn kerstwerktijd erop zit. En ik heb lieve collega’s die tot die tijd mijn kerstdag vullen met vriendelijkheid en steun. Ik ben gezond en thuis heb ik ook schalen met eten. Ondertussen zijn er mensen die sterven of die toekijken hoe ze langzaam iemand verliezen. Of mensen die leven, maar de lachende tafelgenoten moeten missen. Mensen zonder mensen, schalen, eten, tafel of thuis.
Het is dubbel. Ik baal dat ik bij mijn persoonlijke overvloed vandaan moet fietsen om te gaan werken. Maar op dit werk wordt mij altijd weer duidelijk dat ik geen reden heb tot balen. Ik kon het wel slechter treffen, deze dagen. Ik heb de eer dat ik (met kerst) levenslessen leer, gewoon op mijn werk.
Ik zal nooit meer klagen. Voorlopig.
Hoe heb jij de feestdagen doorgebracht?
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account