Ik ben maar een klein propje van 1.68 meter. Je kan me gemakkelijk over het hoofd zien. Of op mijn kruin kijken. Ik neem niet heel veel ruimte in. Toch ervaar ik een heleboel ruimtegebrek. Op mijn werk, tenminste.
Thuis pas ik met mijn 168 centimeter (lengte, niet breedte) heel riant in een bed. Ik kan skippyballen door mijn woonkamer. En in mijn badkamer kan ik met tien mensen tegelijk douchen. Ruimte zat. Maar op mijn werk is dat anders.
Op mijn werk draai ik van kraan naar bed en verkruimel onmiddellijk mijn tenen aan een bedwiel. Tilliftpoten en diezelfde bedwielen, is ook een onhandige combinatie, waarbij de patiënt alle kanten op bungelt, terwijl ik probeer de tillift onder het bed te schuiven. Als ik, na de transfer, het nachtkastje binnen handbereik van mijn patiënt wil zetten, kan ik de grote poten van de infuuspaal niet meer kwijt.
Onze superdeluxe, electronisch bedienbare patiëntenbedden passen net door de deuropening. Je moet niet ondertussen niezen, praten of ademen, want dan krap je de verf van het kozijn. En bij ons op kamer zeven, moet patiënt twee van de kamer gereden worden, als je patiënt één mee wilt nemen voor een onderzoek. Het ene bed past knus naast het andere, maar elkaar passeren lukt absoluut niet.
Ik moet hemel en aarde bewegen, als ik een anamnese wil doen met mijn patiënt, een familielid en mijn computer on wheels (cow). Want aan het voeteneind van het bed, past nog net een tafeltje voor twee. Daar passen nauwelijks twee stoelen, laat staan een derde. En dan moet er dus nog een ‘koe’ bij.
Als patiënten naar beneden moeten, moet je je lift heel kritisch kiezen. De één, met spiegel, kan je alleen gebruiken als je een bed hebt zonder infuuspaal of antidecubitusmatrasmotor. Anders gaan de deuren simpelweg niet dicht.
Als een patiënt met rolstoel van het invalidentoilet gebruik wil maken, kan hij kiezen. Of hij lóópt de passen over de drempel. Of hij haalt zijn schouders op voor privacy. Rijd ik namelijk mijn patiënt mét rolstoel het invalidentoilet in, dan kan de deur niet meer dicht.
Mijn patiënten gebruiken nogal wat ruimte-innemende materialen. Dingen met wielen en volume. Dingen van belang voor comfort en zelfredzaamheid. Ik kan me redden in mijn supersonische ziekenhuis. Maar af en toe zitten mijn paar centimeter en ik lelijk in de knel.
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account