Soms zorgt een opmerking van een cliënt ervoor dat je gaat nadenken.
Gisteren kwam ik langs bij iemand die een dag eerder met een morfinepompje was gestart. Ik druk op de bel, en gelijk gaat er een lampje aan boven de camera die bij de deur hangt. Zo kan er binnen worden gezien wie er buiten staat. Kennelijk kwam ik vertrouwd genoeg over, want ik mocht naar binnen. De zoon des huizes verwijst mij naar de huiskamer, waar zijn vader aan de telefoon zit. ‘Dag dokter’ zegt hij tegen me en maant vervolgens om stilte, want hij is aan de telefoon met een leverancier van een hulpmiddel.
Intussen vertelt de zoon mij hoe het zijn vader de afgelopen dagen is vergaan. ‘Hij was er helemaal van af, ik herkende hem gewoon niet meer. Maar sinds hij de morfinepomp heeft, gaat het een stuk beter’. Ik kan dit alleen maar beamen als ik hoor hoe de man zijn verhaal doet tegen de telefoniste.
Terwijl ik met de zoon verder praat, sluit de man na vijf minuten zijn gesprek af. Hij groet mij nogmaals met ‘dag dokter’. Ik leg hem uit dat ik voor dat beroep niet lang genoeg heb gestudeerd, alhoewel bijna zeven jaar opleiding me een heel eind op weg zou helpen.
Ik ben het intussen wel gewend dat ik niet altijd als verpleegkundige word gezien. Man, baard, wat grijs, niet al te groot, maar verbaal duidelijk aanwezig. Ik begrijp de verwarring wel, maar ik ben toch echt ‘een zuster met een baard’.
Ik vroeg me vandaag opeens af of ik wel een dokter had willen zijn. Per slot van rekening ben ik ooit eens getest, en was de uitslag dat ik alles kon worden, als ik maar wilde. Mijn moeder droeg me dat op geregelde tijden na, als er iets weer eens niet liep zoals zij verwachtte.
Maar nee, ik zou geen dokter willen zijn. Zou ik dan voldoende tijd hebben om echt naar het verhaal van elke cliënt te luisteren? Zou ik de tijd hebben om de man die met een easypump een medicijn intraveneus krijgt toegediend, uit te leggen hoe hij zijn overhemd aan en uit kan trekken?
Zou ik rustig een half uurtje kunnen buurten met de vrouw die haar infuuspompje heeft laten vallen waardoor de spuit is afgebroken? Om haar gerust te stellen, en te praten over haar wens om zelf aan te kunnen geven wanneer het leven voor haar niet meer hoeft?!
Ik wil de artsen niet tekort doen, maar ik vind dat wij verpleegkundigen ons bezig kunnen houden met heel belangrijke, basale zaken zoals ik die boven heb genoemd. Daar haal ik mijn werkplezier uit, daar krijg ik een voldaan gevoel van.
Ik ben dus geworden wat ik wilde, en wellicht is dat niet op de top van mijn kunnen, maar het zij zo!
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account