Hoe organiseer je de ziekenhuiszorg beter? Verpleegkundige Catharina van Oostveen promoveert erop. Nauw samenwerken in multidisciplinaire teams is onontkoombaar, en dat vraagt om gelijkwaardige partners. Maar verpleegkundigen voelen zich niet gelijkwaardig, en ook niet autonoom. Wat nu?
Waarom dit proefschrift?
‘Managers en zorgprofessionals worden geacht excellente patiëntenzorg te bieden en deze efficiënt te organiseren. Daarvoor hebben ze betrouwbare parameters nodig om de zorgvraag van patiënten en het in te zetten personeel op elkaar af te stemmen. Voorbeelden van parameters zijn patiëntkarakteristieken als leeftijd, complicaties en zorgzwaarte, en personele karakteristieken als personeelsbezetting. Daarvoor heb ik een gevalideerd Fins planningsysteem gevonden dat op papier prima geschikt zou zijn: RAFAELA.’
RAFAELA heb je getest
‘Ja, in twee academische ziekenhuizen. Maar verpleegkundigen gaven aan dat ze het systeem niet zagen zitten. In tegenstelling tot hoofd- en seniorverpleegkundigen vonden ze RAFAELA te abstract en niet afdelingsspecifiek genoeg. Ook vonden ze de administratielast te hoog; zij staan liever aan het bed.’
Is dat erg?
‘Nee natuurlijk niet, maar het is jammer dat verpleegkundigen voornamelijk op hun eigen beroep en afdeling zijn gericht. Goede zorg bestaat niet alleen uit directe patiëntenzorg. Onderzoek, innoveren, en de organisatie van zorg zijn ook van belang. Maar verpleegkundigen hebben nog weinig competenties om te innoveren. Abstract denken is ook best pittig. RAFAELA vraagt om reflectie: wat is de kwaliteit van de zorg die ik vandaag verleende? Veel collega’s vonden dat ingewikkeld.
Kwalitatief goede en veilige zorg komt ook beter tot zijn recht als artsen en verpleegkundigen prettig samenwerken. Maar uit een van mijn onderzoeken bleek dat er nog te weinig inzicht is in elkaars werk. Ook zien ze onvoldoende in dat ze samen innovaties in de zorg moeten aanpakken. En dat, terwijl de patiënt van de toekomst door zijn hoge leeftijd en de toenemende behandelmogelijkheden complex is. Zijn zorgvraag kan het beste interdisciplinair worden onderzocht. Artsen en verpleegkundigen moeten daarbij over de grenzen van hun eigen professie en afdeling kijken.’

Is mbo-v genoeg?
Catharina heeft niet onderzocht welk opleidingsniveau nodig is voor de verpleegkundigen die zij in haar proefschrift beschrijft. Feit is dat verschillende ziekenhuizen meer gaan vragen van hun hbo-v opgeleide verpleegkundigen. Dat lees je hier >>>
Wat is daarvoor nodig?
‘Interdisciplinaire teams zijn het meest effectief bij open communicatie, wederzijds respect, gezamenlijke besluitvorming en een duidelijke rolverdeling. Dat lukt nog niet erg. Ziekenhuizen zouden kunnen investeren in methoden voor het bevorderen van interprofessionele samenwerking, waarin de verschillen in kennis, attitude en vaardigheden op elkaar worden afgestemd. Daarnaast zijn in het onderwijs interdisciplinaire lessen nodig, denk daarbij aan interdisciplinaire communicatie of anatomie en fysiologie. Waarom kunnen studenten verpleegkunde dat niet samen met artsen in opleiding volgen?’
Zijn verpleegkundigen daar klaar voor?
‘Deze manier van werken vraagt om een cultuur van gedeelde autonomie en gelijke autoriteit. Verpleegkundigen ervaren dat echter weinig, bleek uit mijn onderzoek. Er moeten verpleegkundige leiders opstaan die de andere verpleegkundigen op sleeptouw nemen. Een programma als Excellente Zorg van V&VN voorziet daarin. Het draait onder meer om de ontwikkeling van verpleegkundigen die past bij de organisatiedoelen van het ziekenhuis, en het betrekken van verpleegkundigen op de werkvloer bij de besluitvorming.’
Het proefschrift “Modeling and managing the patients’ need for clinical care” is te lezen op www.catharinavanoostveen.nl. Gebruik als wachtwoord CAREintensity. Catharina promoveert 20 februari 2015 aan de Univeristeit van Amsterdam.
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account