• Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud
  • Spring naar de voettekst
Menu
Zoeken
Inloggen

Nursing.nl | Nieuws, blogs en meer | Nursing voor verpleegkundigenNursing.nl | Nieuws, blogs en meer | Nursing voor verpleegkundigen

Waarmee maken wij jou steeds beter?

  • Praktijk
  • Werk
  • Challenge
  • Congressen
  • Abonneren
  • Nursing
    • Home
    • Praktijk
    • Werk
    • Challenge
    • Congressen
  • Service
    • Veelgestelde vragen
    • Contact
    • Abonneren
    • Adverteren
    • Inloggen
    • Wat is de Nursing Challenge?
    • Mijn profiel
  • Meer Nursing
    • Nieuwsbrieven
    • Shop
    • Nursing.be
  • Vacaturebank
    • Vacatures
    • Vacature plaatsen

Overig Overig

Blog Sandra: 'Een pittig avondje'

Gepubliceerd op: 16 januari 2014
Dit bericht is ouder dan 5 jaar

Sandra pleegt van hot naar her, infuust, prikt, antibioticaat, praat, bemoedigt, stelt gerust, venflont, en dossiert dat het een lieve lust is. Ja, ze doet haar stinkende best tijdens deze drukke avonddienst. Maar de volgende dag blijkt dat toch niet genoeg te zijn.

Mijn beroep hoeft niet zo ingewikkeld te zijn. Met een beetje ervaring, wat conditie en creativiteit kom je een heel eind. Maar soms is het of de verpleeggoden je grenzen testen. Zo’n dag had ik eergister.

Ik heb late dienst en negen patiënten. Dat moet te doen zijn. Eén iemand moet nog terugkomen van haar operatie. Eén iemand is net terug, maar heeft nog niet geplast. Een derde patiënt is net terug van de IC. Meneer nummer vier is delirant, sinds een half uur. Mevrouw vijf moet nog een nieuwe venflon krijgen. Ach, ik heb uren de tijd en ik houd wel van een uitdaging, zeg ik, terwijl ik al die vroege diensten de gang op duw. Wat een drukte, ga naar huis!

Zij geven mij de telefoon. Die gaat. Er moet een opname worden gehaald. Mijn collega loopt naar de SEH. Daar wil de patiënt niet mee. Mijn collega loopt patiëntloos terug naar de afdeling. Daar belt de SEH boos. Waarom ze is weggegaan? Ze moet nu terugkomen, de patiënt móet worden opgenomen. De patiënt komt op mijn kamer. De man is boos. Had niet willen blijven. Na enig praten overtuig ik hem van onze kwaliteiten en zijn gevaren. Hij blijft.

Dan mag de mevrouw van OK worden gehaald. Gelukkig gaat het heel voorspoedig. Ze eet en wordt niet misselijk en daarna plast ze en die andere OK-meneer plast ook. Maar die wil ineens vandaag naar huis. Ik heb er gedoe van, maar hij is er blij mee. Dus ik regel en hij gaat.

De druk loopt op. Familie wil bezorgd ruim tien minuten praten. Dan andere familie. Ach, ik heb toch niet zo’n honger. Dan breng ik een venflon in, in één keer. Waar maak ik mij ook druk om.

Dan piept een ander infuus. Gesneuveld. Dat wil zeggen: nieuwe venflon. Ik prik. Raak. Tijd voor antibiotica. Wel een stuk of zeven. Ik hang alles bij de juiste persoon. Bij iedereen meet ik de VAS, BAHSS (Bewustzijn, Ademfrequentie, Hartfrequentie, Systolische bloeddruk, Saturatie) , hebt u ook ontlasting gehad? Alles noteer ik. Bij de ex-IC-patiënt is de systole 98 en die moet boven de 100 blijven. Bij patiënt zes is de ademfrequentie 26 en de saturatie 91%. Ik bel een arts. Ik onderneem actie. De vitale functies stabiliseren.
Weer antibiotica. De verkeerde. De dokter wil ceftriaxon. De apotheek levert ceftazidim. Gelukkig weet ik dat het niet hetzelfde is. Of helaas, want nu moet ik bellen en naar de apotheek lopen. Gelukkig kan ik onderweg even zuchten en mopperen.

Opgelucht kom ik met het juiste middel bij de juiste patiënt. Die is angstig. Ik spuit haar maagsonde door, terwijl ik haar gerust stel, werk de vochtbalans bij en help haar uit bed. En dan natuurlijk er weer in.

Kamer drie belt. Een meneer aldaar stapt steeds bijna uit bed. Met twee infuuslijnen en één zojuist geopereerde arm. Hij vergeet de operatie, de voorzichtigheid. Hij lijkt alles te vergeten. Ik geef haldol, maar daar heb ik voorlopig zelf nog niks aan.

Ik ren, vlieg, denk, peins, zucht en mopper zo nog enkele uren. Patiënten vragen of het nog wel gaat. Ik zie er zo moe uit, zeggen ze. Ik zeg: geeft niks en blijf bellen. Zij doen braaf wat ik zeg.

Vijf minuten voor mijn dienst om is, schrijf ik nog vijf rapportages. In eigen tijd draag ik over aan de nachtdienst. O ja, een DOS-score, die vul ik nog in. Dan is het klaar. Nou ja… tot morgenmiddag twaalf uur. Dan word ik hier weer verwacht.

Ik ben moe. Maar het is gelukt. Iedereen leeft. Alle antibiotica kwamen op de juiste plek op ongeveer het juiste moment. Geen fouten gemaakt. Alle angsten bestreden. Harten bleven kloppen. Ik vind mijzelf behoorlijk een kanjer.

De volgende dag wacht mijn leidinggevende mij op. Terecht wijst zij mij er op dat ik bij drie patiënten – de zelfstandige, niet bellende mannen op kamer drie – geen vitale functies heb gemeten. Dat moet. Natuurlijk moet dat.

Wil je reageren? Registreren kan heel eenvoudig én gratis.

Gepubliceerd op: 16 januari 2014
Door: exed-admin

Thema:

Overig

Tags:

Lees Interacties

Geef je reactie

Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account


Overig

Overig

Het Nursing-magazine van november is uit: lees de artikelen online

Overig

Het Nursing-magazine van november is uit: lees de artikelen online

Overig

Het Nursing-magazine van oktober is uit: lees de artikelen online

Overig

Het Nursing-magazine van september is uit: lees de artikelen online

Overig

Het Nursing-magazine van juli/augustus is uit: lees de artikelen online

Bekijk meer

Newsletter

Altijd op de hoogte van het laatste nieuws en vakinhoudelijke artikelen?

Schrijf je dan in voor een van onze nieuwsbrieven.

Aanmelden

Footer

Meer nursing

Abonneren

Gratis proefabonnement

Shop

Contact

Volg ons op

Adverteren

Personeeladvertentie

Adverteren & partnerships

Nursing Vlaanderen

Ga naar Nursing.be

© Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Nature

  • Privacy Statement
  • Disclaimer
  • Voorwaarden
  • Cookie voorkeuren