‘Het mooie aan evidence based care…’

Wat zijn de belangrijkste thema’s waar u zich op gaat richten?

‘Patiëntveiligheid staat in ieder geval bovenaan. Dit was ook de focus van mijn promotie-onderzoek de afgelopen zes jaar. Het gaat dan om zeker weten dat je de goede dingen doet en dat je ze ook op de goede manier doet. Het is een breed thema dat gericht is op preventie: hoe voorkom je dat er fouten ontstaan in het zorgproces. Andere thema’s zullen zijn: pijnmanagement, zelfmanagement en patiëntenparticipatie. Het mooie van evidence-based care is de focus op de patiënt; naast zoeken naar bewijs voor de interventie voor de patiënt – krijgt de patiënt of cliënt de juiste zorg? – wordt er ook rekening gehouden met de wensen van de patiënt.
Daarnaast ga ik het onderwijs verder ontwikkelen op het gebied van evidence-based care. Het is belangrijk om actuele bestaande wetenschappelijke kennis in te brengen in het onderwijs en om samen met studenten nieuwe kennis voor de praktijk te ontwikkelen en te implementeren.’

Wat voegt uw lectoraat toe aan wat de huidige verpleegkundige lectoraten doen?

‘Buiten het ontwikkelen en implementeren van nieuwe interventies en het wetenschappelijk onderbouwen van bestaande interventies, willen we ook nadrukkelijk kijken naar bewijs voor het beleid bij de invoering. Dat wil zeggen: kijken of de interventie op de juiste manier wordt geïmplementeerd. Deze vraag speelt op dit moment in alle sectoren, omdat over de hele linie grote veranderingen gaande zijn in de organisatie van de zorg. Bij nieuwe interventies blijft altijd de vraag, naast het genereren van bewijs: past de interventie bij deze patiënt en zijn omstandigheden?
Een ander voorbeeld van een nieuwe ontwikkeling die we gaan onderzoeken: patiënten die naar huis gaan met orale chemotherapie. Wij gaan kijken in hoeverre verpleegkundige ondersteuning zorgt dat dit veilig gebeurt en hoe we de patiënt kunnen ondersteunen bij het volgen van het behandelschema. Ook gaan we onderzoeken in hoeverre collegiale feedback bijdraagt aan het succes bij het implementeren van de richtlijn handhygiëne.’

Over de lector

Connie Dekker–van Doorn is opgeleid als A-verpleegkundige en studeerde af als onderwijskundige met de specialisatie Opleidingskunde aan de Universiteit van Utrecht. Na jarenlange ervaring als zorgmanager legde zij de basis voor haar onderzoek in het Erasmus MC en startte zij met haar promotieonderzoek in samenwerking met het Instituut Beleid & Management Gezondheidszorg van de Erasmus Universiteit Rotterdam. In haar onderzoek, dat zij dit jaar afrondt, richt Dekker-van Doorn zich op het ontwerpen en implementeren van werkprocessen om de samenwerking tussen zorgprofessionals in het zorgproces te verbeteren. ‘En dit alles om vooral menselijke fouten te voorkomen en de veiligheid voor patiënt en professional te garanderen’, aldus Connie Dekker-van Doorn.’