Zorginstituut Nederland is ook van belang voor verpleegkundigen

Naast de taken die het CVZ al had gaat het zorginstituut ook advies uitbrengen over de vernieuwing en verbetering van beroepen en opleidingen in de zorg en gaat het een permanente verbetering van de kwaliteit van zorg stimuleren.

Het instituut krijgt vier organisatie-onderdelen die de taken gaan uitvoeren:

• Zorginstituut Pakket: advies over het basispakket van verzekerde zorg.
• Zorginstituut Verzekering: uitvoering van de zogeheten burgerregelingen in het kader van de Zorgverzekeringswet (voor bijvoorbeeld wanbetalers en onverzekerden) en van de risicoverevening.
• Zorginstituut Innovatie Zorgberoepen & Opleiding: vernieuwing en verbetering van beroepen en opleidingen in de zorg.
• Kwaliteitsinstituut: verbetering van kwaliteit van zorg.

Kwaliteitsinstituut

Hoofd van het kwaliteitsinstituut is Diana Delnoij. Bij de bekendmaking van haar aanstelling een jaar geleden sprak TvZ al met haar over het nieuwe instituut (TvZ 3, 2012). Over verpleegkundigen zei ze toen: ‘In het kwaliteitsinstituut gaan we meer dan tot dusver aandacht besteden aan de rol van de verpleegkundige, met name bij richtlijnontwikkeling. Goede zorg begint bij preventie en zelfmanagement en loopt door tot behandeling en uiteindelijk eventueel palliatieve zorg. Die benadering maakt dat er meer aandacht is voor de zorg van de verpleegkundigen, omdat die bij preventie, zelfmanagement en nazorg een belangrijke rol spelen.’

Zie het interview met Diana Delnoij, hoofd van het kwaliteitsinstituut in het dossier Mensen van TvZ (TvZ nr 3 2012).

Beroepen en opleidingen in de zorg

Het CVZ stelde een jaar geleden de Commissie Innovatie Zorgberoepen en Opleidingen in die de minister van VWS gaat adviseren over de gewenste ontwikkeling van beroepen en opleidingen. Deze commissie staat onder voorzitterschap van Marian Kaljouw voormalig voorzitter van V&VN. In een interview met TvZ in oktober 2013 merkte zij al op dat er te veel verschillende opleidingen en beroepen in de zorg zijn: de commissie kwam na een inventarisatie op 2400 beroepen en 1700 opleidingen. ‘We leiden op voor beroepen die niet bestaan of waaraan geen behoefte is’, aldus Marian Kaljouw.  ‘Er zijn bijvoorbeeld meer dan tien verschillende curricula voor casemanager. We roepen vele mini-opleidingen in het leven, terwijl in de praktijk niemand op deze fragmentatie zit te wachten.’