Achter de schermen discussiëren artsen en verpleegkundigen al decennialang over wat goede zorg is in de laatste levensfase. Hugo vraagt zich af wanneer de verpleegkundige blik die van de artsen kan overstemmen.
De dood hoort bij het leven. Dat weten verpleegkundigen maar al te goed. En het begeleiden van mensen in de laatste levensfase is een prachtig aspect van het vak. Althans, als er ruimte is voor de dood.
Is die ruimte er niet, dan wordt het moeilijk. Dan wordt het ongemakkelijk aan het bed. Dan moet je dingen doen waar je eigenlijk niet achterstaat, zoals het terugplaatsen van een maagsonde of het toepassen van vrijheidsbeperkende maatregelen.
De arts bepaalt het beleid, in samenspraak met de patiënt en zijn naasten. De verpleegkundige mag het uitvoeren. Dat maakt ons een kwetsbare beroepsgroep in de omgang met de dood.
Het medisch verhaal is maar al te vaak tot vlak voor de eindstreep leidend. En zolang er behandeld wordt, er gedacht wordt in kansen en mogelijkheden, blijft de dood onbenoemd. Misschien is dat gewoon het doel van alle slangetjes en medicijnen. Als we praten over bloeddruk, saturatie en infectieparameters hoeven we het niet te hebben over het naderende einde.
Voor veel artsen is de dood nog altijd een vorm van falen. Zij leren mensen beter maken. En dat proberen ze met verve, ook als dat niet reëel is. De patiënt, hoe assertief ook, verliest al snel de regie in een medische omgeving. En de familie zit in een lastig parket. ‘Er is in ieder geval alles aan gedaan’ is een verleidelijke strategie in een onoverzichtelijke, beladen en emotionele situatie.
Ervaren verpleegkundigen hebben doorgaans minder moeite met het gegeven van de sterfelijkheid. Zij vinden een goede dood juist waardevol. En wat zouden ze het graag anders aanpakken in die laatste levensfase. Eerder praten over wat nog belangrijk is. Eerder stoppen met sommige medicijnen en opnames in het ziekenhuis. Eerder accepteren dat de dood nu echt voor de deur staat.
Achter de schermen discussiëren artsen en verpleegkundigen al decennialang over wat goede zorg is in de laatste levensfase. En het lijkt erop dat we nog altijd aan het kortste eind trekken.
De Raad voor Volksgezondheid en Samenleving (RVS) bracht onlangs het rapport Leven met het einde in zicht uit. De hoofdconclusie: ongeneeslijk zieke mensen moeten eerder aanspraak kunnen maken op palliatieve zorg dan nu het geval is. Dat is dus precies wat we artsen al geruime tijd duidelijk proberen te maken.
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account