Isolatie: hoe zat het ook alweer?

Contactisolatie (eenpersoonskamer)
Bezoek
– Geen bijzondere maatregelen.

Verpleegkundige/arts
– Handhygiëne: handschoenen aan vóór ieder contact met de patiënt of zijn directe omgeving. Na het uittrekken van handschoenen handen inwrijven met handalcohol.
– Schort: altijd dragen bij contact met lichaamsvloeistoffen. Disposable schorten direct na gebruik weggooien, reusable schorten na gebruik binnenstebuiten ophangen en maximaal 24 uur gebruiken.

Druppelisolatie (eenpersoonskamer)
Bezoek
– Krijgt vooraf instructie van verpleegkundige.
– Draagt een mondneusmasker (type FFP 1), na gebruik direct weggooien.
– Desinfecteert handen na het bezoek.

Verpleegkundige/arts
– Houd je aan de regels voor handhygiëne en schort zoals bij contactisolatie.
– Draag een mondneusmasker (type FFP 1), na gebruik direct weggooien.

Strikte isolatie (isolatiekamer)
Bezoek
– Krijgt vooraf instructie van verpleegkundige.
– Draagt een mondneusmasker (type FFP1 of FFP2, afhankelijk van het micro-organisme). Bij MRSA een chirurgisch mondneusmasker. Voor alle maskers geldt: na gebruik direct weggooien.
– Draagt beschermende kleding: schort, mutsje en handschoenen.
– Volgt bij het verlaten van de kamer dezelfde procedure als het personeel.
– Desinfecteert handen na het bezoek en bezoekt aansluitend geen andere patiënten.

Verpleegkundige/arts
– Houd je aan de regels voor handhygiëne zoals bij contact- en druppelisolatie.
– Draag beschermende kleding met lange mouwen en mutsje.
– Draag een mondneusmasker (type FFP1 of FFP2, afhankelijk van het micro-organisme). Bij MRSA een chirurgisch mondneusmasker. Alle maskers direct na gebruik weggooien.

Aërogene isolatie (isolatiekamer)
Bezoek
– Krijgt vooraf instructie van verpleegkundige.
– Draagt beschermende kleding: schort, mutsje en handschoenen.
– Draagt een mondneusmasker (type FFP 2) en doet dit na het verlaten van de kamer in de sluis af.

Verpleegkundige/arts
– Houd je aan de regels voor handhygiëne zoals bij contact- en druppelisolatie.
– Draag beschermende kleding met lange mouwen en mutsje.
– Draag mondneusmasker: (type FFP1 of type FFP2, afhankelijk van het micro-organisme).
– Doe het mondneusmasker na contact met de patiënt af in de sluis en wrijf je handen in met handalcohol.

Op pdf-formaat:
– Werkgroep InfectiePreventie (WIP). Richtlijn Contactisolatie, ziekenhuis; nov 2006
– Werkgroep InfectiePreventie (WIP). Richtlijn Druppelisolatie, ziekenhuis; nov 2006
– Werkgroep InfectiePreventie (WIP). Richtlijn Strikte isolatie, ziekenhuis; nov 2006
– Werkgroep InfectiePreventie (WIP). Richtlijn Aërogene isolatie, ziekenhuis; nov 2006