Taalvaardigheidsbewijs nodig voor BIG

Verpleegkundigen uit EER-landen kunnen hun taalvaardigheid bewijzen met diploma’s van Nederlandse opleidingen, een verklaring van vakbekwaamheid of een taaltoets. De toets kost € 180 en is voor eigen rekening.

Bij herregistratie is het bewijs niet meer nodig, het gaat alleen om de eerste inschrijving in het BIG-register. De overheid spreekt van een ‘verzwaring van de procedure’ voor deze groep en paste dit onlangs aan in het Registratiebesluit BIG.

Inschatten

Tot nu toe beoordelen werkgevers en patiënten zelf het taalniveau van verpleegkundigen uit EER-landen. Maar volgens de overheid kunnen zij dit niet goed inschatten. Bovendien controleert niemand zelfstandige verpleegkundigen op taalvaardigheid voordat zij aan de slag gaan in Nederland. De overheid verplicht daarom een bewijs van taalvaardigheid bij inschrijving in het BIG-register. Verpleegkundigen zouden minimaal op taalniveau B1 (eenvoudig Nederlands) moeten kunnen spreken en lezen.

Allochtone patiënt hoger risico op zorggrelateerde schade
Niet-westerse patiënten lopen mogelijk meer risico op onbedoelde zorggerelateerde schade in Nederlandse ziekenhuizen. Verpleegkundigen kunnen bijdragen aan meer patiëntveiligheid. Lees meer >>

Tijdelijk werk

Bij tijdelijk en incidenteel werk mag de werkgever straks nog wel zelf de taalvaardigheid beoordelen. Het zou dan om maatwerk gaan waarbij de werkgever per geval kijkt of de verpleegkundige goed genoeg Nederlands spreekt en leest.

800 per jaar

Jaarlijks doen zo’n 800 zorgverleners uit EER-landen een aanvraag voor inschrijving in het BIG-register. Hieronder vallen ook andere zorgberoepen zoals arts, tandarts en apotheker. EER-landen zijn alle landen uit de Europese Unie plus Liechtenstein, Noorwegen en IJsland.