‘Van Rijn vindt dat wijkverpleegkundige voorop loopt'

Op pad met de staatssecretaris… dat doe je niet elke dag. Hoe was het?

‘Het was heel leuk, heel ontspannen. Van Rijn was erg geïnteresseerd. Van de cliënten wilde hij precies weten hoe de veranderingen in de langdurige zorg op hen overkwamen. Het viel me op dat hij echt oog had voor de cliënten, dat vond ik mooi. Hij vroeg ze heel direct en persoonlijk: hoe is het nou om afhankelijk te zijn en zorg thuis te krijgen. Op zo’n dag kun je maar een klein deel van je werk laten zien, maar ik denk dat hij wel een goed beeld heeft kunnen krijgen. Hij kwam in ieder geval over alsof hij verstand van zaken heeft. Hij had zich goed voorbereid.’

Heb je Van Rijn kunnen vertellen waar volgens jou de knelpunten zitten?

‘Jazeker, tijdens ons ritje op de fiets hebben we best veel kunnen bespreken. Later in de middag was er een bijeenkomst met andere wijkverpleegkundigen, wethouders en zorgbestuurders waarbij kritische vragen werden gesteld. Bijvoorbeeld over ict-systemen, alle thuiszorgorganisaties moeten over naar het elektronisch patiëntendossier maar iedereen trekt zijn eigen plan. Het is jammer dat de overheid daar niet meer sturing aan geeft. Ook de veelbesproken knip tussen de S1- en S2-verpleegkundigen kwam weer ter sprake, daar wilde Van Rijn zelf ook zo snel mogelijk weer van af. Maar hij benadrukte dat het wel goed is dat er geld is vrijgemaakt voor preventie.’

Van Rijn loopt mee met wijkverpleegkundige

Staatssecretaris Martin van Rijn heeft gisteren een middag meegelopen met wijkverpleegkundige Jolanda Roelofsen van Omring Thuiszorg. Lees meer >>>

Een knelpunt voor wijkverpleegkundigen is ook de samenwerking met andere organisaties in de omgeving. Hebben jullie het daar over gehad?

‘Zeker. Je ziet een concurrentiestrijd tussen zorgorganisaties terwijl juist samenwerking tot betere resultaten leidt. Wij merken dat in onze eigen thuiszorgorganisatie omdat we in een gezondheidscentrum waar de lijnen met apothekers, fysiotherapeuten, huisartsen, tandartsen etc. kort zijn. Het is jammer dat de overheid nog steeds zo stuurt op concurrentie en marktwerking. Dat heb ik Van Rijn ook gezegd. De oplossing voor dit knelpunt heeft hij niet direct, maar hij heeft mijn verhalen aangehoord en geeft uitleg over zijn standpunt. Hij vond het bijvoorbeeld goed om op regionaal niveau groter te denken maar gaf aan dat het tegelijk lastig is omdat je ook keuzevrijheid moet behouden.’

Stelling: ook niveau 3 en niveau 4 moeten eenvoudige indicaties stellen

Reageer op Nursing Connect >>>

Welke vraag stelde Van Rijn aan jou?

‘Hij vroeg of mijn werk makkelijker is geworden. Mijn antwoord was: nu nog niet. Dat komt vooral omdat de systemen niet goed aansluiten en de administratieve last hoog blijft. Ook het tekort aan hbo’ers in de wijk heb ik genoemd. Van Rijn heeft niet overal antwoorden op of oplossingen voor. Maar hij geeft wel aan dat ze voortdurend nadenken over de vraag: hoe kan het nou anders en beter? Dat is niet van vandaag op morgen geregeld. Veranderingen hebben tijd nodig. Wat ik nog wel erg mooi vond: als wijkverpleegkundigen gaven we aan dat we soms het gevoel hebben achter de feiten aan te lopen. Maar Van Rijn zag dat anders. Hij zei: jullie lopen voorop. Het werkveld zelf is al verder, maar de systemen lopen achter de feiten aan.’