Na de euforie over het indiceren, merken Henk en José van Stichting Bevordering Wijkverpleegkundige nu een zekere terughoudendheid onder wijkverpleegkundigen. Want hoe reageren cliënten, hun familieleden en de collega’s straks op de herindicaties.
Henk en José spreken ook op de Nursing Experience 2014. Schrijf je meteen in>>>
In 2015 gaan de wijkverpleegkundigen alle indicaties voor zorg in de eigen omgeving herzien. In de praktijk blijkt dat veel wijkverpleegkundigen dit best lastig vinden. Naast de eerste blijdschap dat ze hun vak weer in de volle breedte kunnen uitoefenen, is er ineens enige terughoudendheid merkbaar.
Sommige wijkverpleegkundigen beseffen dat ze voor de nodige dilemma’s komen te staan en verwachten problemen. Worden cliënten niet boos als hun indicatie – soms na jaren ongewijzigd zorg te hebben ontvangen – anders wordt? Hoe reageren familieleden? En gaat de cliënt naar een andere zorgaanbieder als de herindicatie niet naar de zin is? Dan zijn er ook nog de teamleden, die al jaren bij deze cliënten over de vloer komen. Zij vinden het misschien niet prettig dat er nu ineens vooral naar mogelijke uitkomsten (de resultaten van zorg) wordt gekeken. En het – onnodig – in zorg houden niet meer wordt beloond. Want hoe zit dat dan met hun uren?

Beroep wijkverpleegkundige verandert
De wijkverpleegkundige is terug. Dat is geen bezuinigingsmaatregel -thuiszorg is per definitie goedkoper dan ziekenhuiszorg. Het gaat juist om de kwaliteit van zorg. Lees meer >>>
Het is op zich een bekend fenomeen dat mensen bang zijn voor het onbekende. Vaak deinzen mensen ervoor terug om een stap in het onbekende te zetten. Maar dat het nu juist wijkverpleegkundigen zijn die terugdeinzen, is wel vreemd. Het zit immers in hun genen om bij mensen naar binnen te stappen, niet wetende wat ze daar zullen aantreffen. Juist dat maakt het vak bijzonder. Je komt bij de mensen in de wijk, bij hun in huis. En weet – ondanks een afgegeven CIZ-indicatie – vaak niet wat je gaat aantreffen.
Er wordt iets van wijkverpleegkundigen gevraagd wat zij de afgelopen periode niet veel hebben gedaan: actief het gesprek aangaan met de cliënt en zijn systeem (familie, mantelzorgers) om te kunnen diagnosticeren en indiceren om de cliënt weer zelfstandig te maken. Het is niet gek dat er terughoudendheid is, want ze zijn er niet voor opgeleid en er is de afgelopen periode niet op gestuurd door het management van organisaties.

Dossier langdurige zorg
Wat verandert er allemaal als zowel de verzorging als de verpleging in 2015 worden overgeheveld van de AWBZ naar de Zorgverzekeringswet (Zvw)? Bekijk het dossier >>>
Wijkverpleegkundigen hebben van nature een middel om hier effectief mee om te gaan. De dialoog. In plaats van vooraf invullen dat de cliënt en zijn familie zich wel zullen verzetten tegen een andere indicatie, gaat de wijkverpleegkundige het gesprek aan en stelt vragen. Waarom is er verzet? Waar loopt een cliënt tegenaan? Nagaan wat iemand graag wil bereiken en bespreken hoe je samen het beoogde resultaat kunt realiseren. Gewoon vragen. Wijkverpleegkundigen zullen verbaasd zijn hoe goed dat kan werken. En merken dat dit andere gedrag hen veel beter gaat passen dan die oude AWBZ-jas.
Hetzelfde geldt overigens voor de teamleden. Zij zijn ook met een bepaalde instelling de zorg ingegaan. De meeste teamleden zal je aan je zijde vinden. Maar ook hier geldt, ga het gesprek aan. En bedenk: veranderen kost tijd en energie.
Congressen over dit thema:
2 en 3 december
Nursing Experience. Met een workshops van Henk Rosendal en José van Dorst over de rol van de wijkverpleegkundige en vakbekwaam indiceren. Lees meer >>>
9 december
Congres Sociale Wijkteams. Met lezingen over de nieuwe taken en competenties van de wijkverpleegkundige, Aad Koster van Actiz met zijn blik op de toekomst en een best practice uit Friesland. Lees meer >>>
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account