De verpleegkundige anamnese in het algemeen ziekenhuis sluit niet goed aan op de oudere patiënt met meerdere chronische ziekten. De verpleegkundige zal vaker met de patiënt in gesprek moeten gaan over de betekenis van ziek zijn en omgaan met ziekte.
Door: Olav Geenen, consultatief psychiatrisch verpleegkundige in het Meander Medisch Centrum in Amersfoort en in het St. Antonius Ziekenhuis in Nieuwegein
Reageer op deze kwestie via de knop onderaan deze pagina
Doordat de patiënt ouder wordt, verandert de zorg. De patiënt heeft vaak meerdere ziektes met een chronisch karakter. De verpleegkundige anamnese in het algemeen ziekenhuis sluit (nog) niet aan op deze ontwikkeling.
Het afnemen van een verpleegkundige anamnese is een vast onderdeel bij opname in het algemeen ziekenhuis. Aan de hand van die anamnese inventariseert de verpleegkundige de zorgproblemen en formuleert de acties waar de zelfzorg tekortschiet. Een onmisbaar onderdeel om goed te kunnen verplegen. In de huidige praktijk neemt de anamnese echter niet de plaats in die zij zou moeten hebben.
Los onderdeel van dossier
Ten eerste is de anamnese een los onderdeel van het dossier. Bij opname verzamelt de verpleegkundige informatie aan de hand van een aantal van tevoren bepaalde items. Zij verwerkt deze en sluit, onbewust, dit hoofdstuk af. Want het actieplan dat hierop volgt, vermeldt acties die voortkomen uit de ziekte. En dus niet de acties die voortkomen uit de anamnese. In het actieplan staat bijvoorbeeld geen melding van de vergeetachtigheid waarmee een patiënt al enige tijd bekend is.
Complexe patiënten
Ten tweede vult de verpleegkundige de anamnese minder in naarmate de situatie van de patiënt complexer is. Dat geldt in het bijzonder voor patiënten die bij opname naast een lichamelijke ziekte ook psychische klachten hebben. Het anamneseformulier vermeldt dan vaak niet meer dan de namen en telefoonnummers van de contactpersonen. En dat bij patiënten waarbij die informatie juist zo belangrijk is. Om deze patiënten goed te kunnen begrijpen én dus te verplegen.
Heropnames
Tot slot is het gebruikelijk om bij heropnames niet nogmaals een volledige anamnese af te nemen, maar om in het dossier te verwijzen naar eerdere anamneses. Ook hier gaat veel informatie verloren. Want niemand raadpleegt of checkt nog oude anamneses en nieuwe informatie wordt niet opgenomen.
De conclusie is dat veel noodzakelijke informatie niet in het verpleegkundig dossier terechtkomt. En dat het verpleegkundig handelen vooral ziekte- en niet zorggerelateerd is. Daarbij gaan verpleegkundigen met name uit van de situatie op de afdeling en niet van de levenssituatie van de patiënt. De verpleegkundige anamnese wordt als instrument dus te weinig en te beperkt gebruikt.
Levenssituatie patiënt
Doordat de Nederlandse bevolking steeds ouder wordt, verandert de gezondheidszorg. Steeds vaker is sprake van chronische ziektes. Bovendien is steeds vaker sprake van het samengaan van verschillende ziektes, zowel lichamelijke als psychische. Ziektes gaan daardoor meer en meer een vast onderdeel uitmaken van iemands leven. Inclusief alle beperkingen in het dagelijkse functioneren, waardoor blijvende aanpassingen noodzakelijk zijn. De patiënt moet hierin zijn weg vinden, met of zonder steun van zijn omgeving. Dit alles heeft consequenties voor de verpleegkundige zorg op de afdeling. Om goede zorg te kunnen verlenen, zal vaker dan tot nu toe het geval is de levenssituatie van de patiënt een vast onderdeel moeten zijn bij de opname.
Informatiebron en rode lijn
Door chroniciteit en complexiteit van meerdere ziektes komen thema’s als verwerking, coping, motivatie, therapietrouw en steun meer op de voorgrond te staan. De verpleegkundige zal vaker met de patiënt of zijn omgeving in gesprek moeten gaan over de betekenis van ziek zijn en hoe de patiënt met zijn ziekte omgaat. En dus ook over waarin de patiënt tekortschiet.
Moeten de anamnesevragen worden herschreven? Nee. De vaak gebruikte functionele gezondheidspatronen van Gordon zijn zonder meer bruikbaar, ook bij deze veranderende zorg. De vaste vragen over zelfbeleving, rollen/relaties, denken, waarneming en probleemhantering kunnen prima antwoord geven op de vraag: wat is de betekenis van deze ziekte in uw leven? Op grond hiervan kan een adequaat actieplan worden geformuleerd. De verpleegkundige anamnese krijgt hierdoor weer de plek die zij moet hebben: informatiebron en rode lijn in het verpleegkundig handelen.
(Ook gepubliceerd in TvZ, nr 6, 2012)
Wat vindt u? Moeten verpleegkundigen bij complexe patiënten meer dan nu gebruikelijk is nagaan wat de ziekte betekent voor de patiënt? Of bent u hiermee bezig in uw instelling?
Deel uw ervaring en /of visie met collega’s via de knop ‘reageer’ hieronder
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account