Diabetes Zorgmonitor 2010: diabeteszorg voldoet nog niet

DVN presenteert de resultaten in de Diabeteszorgmonitor, waarvoor zij ruim 5000 mensen met diabetes typen 1 en 2 raadpleegden. Hieruit blijkt dat ongeveer 60 procent van de diabetespatiënten nog geen zorgplan heeft. Bij 25,3 procent van de respondenten is geen onderzoek naar complicaties gedaan. Ook geeft een op de vier respondenten aan dat hij niet weet waar hij terechtkan met vragen over geldproblemen of vragen over seksueel functioneren.

Jaarlijks bloedonderzoek
De Diabeteszorgmonitor heeft ook positieve resultaten. Zo blijkt dat in bijna alle gevallen jaarlijks of vaker bloedonderzoek en onderzoek naar de ogen en nieren wordt gedaan. Ook zijn de respondenten goed op de hoogte van de persoonlijke streefwaarden. Ze hebben een goede algemene kennis want zij weten bijvoorbeeld goed hoe vaak en door wie ze gecontroleerd moeten worden.

Zorgstandaard voor verpleegkundigen
De DVN concludeert dat de verleende zorg niet het niveau haalt dat de koepels van zorgverleners en patiënten hebben afgesproken in de Zorgstandaarden voor diabetes. Deze is bedoeld om voor alle partijen, waaronder verpleegkundigen, inzichtelijk te maken waaruit de juiste zorg voor diabetespatiënten bestaat. ‘Diabetes is helaas niet te genezen, maar wel goed onder controle te houden indien de patiënt zijn leefwijze aanpast en de juiste medicatie gebruikt. De verpleegkundige of verzorgende moet die leefwijze uitleggen en ondersteunen, zodat de patiënt zich niet alleen voelt staan’, reageert Maarten Ploeg, directeur van DVN.

Verschillende typen patiënten
Uit het onderzoek blijkt dat er verschillende categorieën patiënten zijn. Deze categoriën hangen samen met de ervaren gezondheid en de vaardigheid in het omgaan met diabetes. Belangrijk is dat verpleegkundigen deze vier patiëntencategorieën allen op hun eigen wijze aanspreken, vindt Ploeg. ‘Daarop kan de patiënt op zijn beurt weer de regie nemen over de eigen gezondheid door de leefwijze aan te passen. Dit is de enige manier waarop iemand duurzaam de controle over het dagelijks leven met diabetes kan nemen en de kans op complicaties kan verkleinen.’

Een overzicht van de categorieën:
Categorie 1: bestaat uit patiënten met minimale zelfregie, met een slechte ervaren gezondheid en beperkte vaardigheid in het omgaan met diabetes. Deze mensen ervaren ernstige beperkingen als gevolg van zeer waarschijnlijk meerdere aandoeningen naast diabetes. De mensen in dit segment hebben tegelijkertijd weinig controle op hun leven met diabetes en zien zich beperkt in staat om problemen op te lossen.

Categorie 2: bestaat uit patiënten met enige zelfregie met een goede ervaren gezondheid maar beperkt vaardig in het omgaan met diabetes.

Categorie 3: bestaat uit patiënten met veel zelfregie, door een slechte ervaren gezondheid heeft deze groep veel vaardigheden opgedaan om te kunnen omgaan met diabetes.

Categorie 4: Maximale zelfregie, de groep mensen met een goede ervaren gezondheid die tevens zeer vaardig zijn in het omgaan met de chronische aandoening.

Door: redactie Nursing

Twitter
Op de hoogte blijven? Volg Nursing.nl op Twitter!