Je kunt het op de werkvloer nooit met íedereen goed vinden. Deze types collega’s kunnen je mateloos irriteren.
1. De klager
Er is altijd één collega die niets in het leven kan vinden om blij mee te zijn. Als ze niet zeurt over haar gezondheid of familie, dan is er wel iets mis met haar baan, het bedrijf of de manager. Er moeten meer handen aan het bed, ze kan van de pijn aan haar voeten niet meer lópen, en meneer Jansen was weer zo moeilijk aan te kleden, en ze kan nooit vakantiedagen opnemen wanneer ze wil… Wellicht zijn sommige klachten gegrond, maar het constante zeuren, werkt op je zenuwen en vreet energie.
Tip: Een klager wil geen advies, maar klaagt om het klagen. Bespaar jezelf de moeite en energie om met tips aan te komen. Verander gewoon het onderwerp wanneer de klaagzang weer begint. Je collega zal de hint hopelijk begrijpen als je dit een paar keer doet. En anders: mijden die hap.
2. De roddelaar
De roddelaar lijkt alles van iedereen te weten, en wil dit met iedereen delen. Is het een goed idee om te luisteren naar wat je roddelende collega heeft te zeggen? Soms wel, als het over werkgerelateerde zaken gaat. Niet alle nuttige informatie komt door via de formele kanalen. Houd wel in je achterhoofd dat het roddels zijn, dus luister met een cynisch oor.
Tip: Ga niet mee roddelen. En wanneer de roddels persoonlijk worden, bijvoorbeeld vermeende gezondheidsproblemen van een collega, probeer dan het onderwerp te veranderen of zeg dat je dit soort zaken liever niet achter de rug van je collega om bespreekt.
3. De kletskous
De praatmachine van de afdeling is meestal vriendelijk en wil letterlijk iedere gedachte met je delen. Van een stukje fruit dat tussen haar tanden zit tot haar laatste discussie met manlief. Hier bedoelt ze geen kwaad mee, maar haar onuitputtelijke stroom van woorden houdt je simpelweg van je werk.
Tip: In plaats van je collega te beledigen door te zeggen dat ze te veel kletst, houd het bij jezelf. Praat in de ik-vorm, en zeg: ‘Ik heb moeite om me te concentreren op mijn werk als ik ook naar je leuke verhalen wil luisteren.’
4. De delegeerder
In bijna iedere werkplek zul je een collega vinden die zijn werk graag wil delen met zijn collega’s. En dan hebben we het niet over iemand die daar de autoriteit voor heeft, zoals een teamleider, maar een gelijkwaardige collega die het niet lukt al haar werk zelf af te krijgen of dit niet wil. En dus daarom het werk op anderen wil afschuiven.
Tip: Natuurlijk moet je een collega af en toe helpen als je zelf de tijd hebt. Maar als de teamleider de enige is die werk mag delegeren en je handen al vol zijn met je eigen werk, dan kun je het verzoek beter weigeren. Helemaal omdat een delegeerder je snel en keer op keer weet te vinden, als je instemt met het overnemen van werk.
5. De creditpikker
Een creditpikker erkent de hulp niet die ze van anderen ontvangt. Wanneer een project succesvol is afgesloten, accepteert ze alle lof zonder te vertellen dat ze het niet alleen heeft gedaan, maar dat jij óók hebt meegeholpen. Heel vervelend, want het komt ook niet goed over op managers en collega’s als jij op zo’n moment geforceerd gaat vertellen wat jij wel niet allemaal hebt bijgedragen.
Tip: Wanneer zoiets voor de eerste keer gebeurt, kun je het als een vergissing beschouwen. Vraag gewoon aan de desbetreffende collega of ze anderen wil laten weten wat jij voor het project hebt betekend. Als zij dit niet wil doen, of als het nog een keer gebeurt, laat anderen dan toch weten wat jouw bijdrage is geweest. En weiger, tenzij je verplicht met haar moet samenwerken, de volgende keer om te helpen.
Vrij vertaald uit het Engels door Rachel van de Pol
Bron: careerplanning
Waar stoor jij je het meest aan bij collega’s? Laat je reactie hieronder achter!
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account