Aan de manier waarop verpleegkundigen patiënten bejegenen is veel te verbeteren. Lees de volgende zes tips voor een goede bejegening.
Bejegeningstips voor verpleegkundigen
1. Kijk mensen aan als je je voorstelt. Kijk niet, terwijl je de hand van mevrouw nog vast hebt, alvast naar haar infuuspomp of de katheterzak van de buurman.
2. Wees je bewust van je rol als je ‘opkomt’. Welke indruk wil ik dat mijn patiënt van mij krijgt? Zorg voor een rustige en vriendelijke uitstraling, in de woorden die je kiest en de toon van je stem.
3. Voor jou is je werk voor een deel voorspelbaar, voor een patiënt vaak niet. Ga daar niet te makkelijk aan voorbij, bijvoorbeeld door het woordje ‘even’: ‘Ik kom even uw infuus of uw katheter eruit halen’ (weet je patiënt wat de consequenties zijn, wil hij dat wel en wil hij het nú?). Realiseer je dat voor sommige patiënten een infuus of een katheter rust en structuur biedt (‘door mijn infuus hoef ik niet te drinken, want ik word van elk slokje al misselijk’). En dat zij het onprettig kunnen vinden als wij daar te gemakkelijk ‘even’ aan voorbij gaan. De meeste patiënten zijn zich daar niet van bewust of durven het niet te zeggen, bang als ‘lastig’ te worden bestempeld (‘en jullie hebben het al zo druk’).
4. Neem niet automatisch aan dat de patiënt jou wel begrijpt: in je werkdruk, je uitleg en je bejegening van anderen. Als je ober de gasten naast jou op een vervelende manier te woord staat of ruziet met een collega, voel je je daar niet prettig bij. Zo zal ook een arts die snauwt tegen de verpleegkundige de patiënt een onveilig gevoel geven. Let op: patiënten houden ons in de gaten en een gehaaste en/of onvriendelijke manier van doen heeft altijd een negatieve invloed op hem.
5. Doe nooit alsof je iets weet terwijl dat niet zo is, en ga niet experimenteren. Iets in je lichaamstaal of de klank van je stem verraadt je. Zeg eerlijk dat je het niet weet of niet eerder gedaan hebt en roep een ervaren collega te hulp. Een eerlijk ‘ik weet het niet’ geeft een veiliger gevoel dan een oneerlijk ‘dat doe ik wel even’.
6. Een patiënt verdient jouw zucht of gemopper nooit. De zoveelste po tijdens de nachtdienst? Vervelend, maar veel vervelender voor mevrouw, die echt liever de hele nacht zou slapen. En die door de onvriendelijke houding van de verpleegkundige nauwelijks nog durft te bellen voor een volgende po.
Uit het artikel Aardige zuster = goed ziekenhuis, Nursing juni 2012, Mark de Jong
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account