Zorgverleners en andere werknemers met een publieke taak die slachtoffer zijn van agressie, zouden meer centraal moeten staan bij het behandelen van hun aangifte door poltitie en het Openbaar Ministerie. Het heeft namelijk grote invloed op hoe ze met een volgend incident omgaan.
Dit melden de ministers Plasterk, Binnenlandse Zaken, en Opstelten, Veiligheid en Justitie, naar aanleiding van een onderzoek naar de naleving van de Eenduidige Landelijke Afspraken (ELA). Dit is een set afspraken tussen politie en Openbaar Ministerie (OM) om te komen tot een eenduidige, effectieve en snelle afhandeling van agressie en geweld tegen werknemers met een publieke taak.
Lik op stuk
De meeste landelijke afspraken worden goed nageleefd, luidt de algemene conclusie. Zo voert de politie het grootste deel van haar opsporingstaken goed uit en behandelt het OM aangiften van agressie met hoge prioriteit en lik op stukbeleid. Werkgevers hebben fors geïnvesteerd in de aanpak van agressie en geweld, onder andere via deskundigheidsbevordering. Daarnaast zijn in de zogenaamde ’VPT-regio’s’ (Veilige Publieke Taak) goede afspraken gemaakt met politie en het OM. Minister Plasterk breidt deze regio’s uit tot een landelijke dekking in 2013. En roept werkgevers op zelf meer te investeren in de samenwerking met politie en OM, nu dit haar nut heeft bewezen.
Bejegening
De verbeterpunten betreffen vooral de bejegening van de slachtoffers: betere ondersteuning, betere communicatie en terugkoppeling over wat er met hun aangifte is gebeurd. Uit de evaluatie komt naar voren dat het voor veel van de aangevers te lang duurt voordat er actie wordt ondernomen, dat er vaak geen terugkoppeling over de zaak is en als de zaak wordt geseponeerd is de uitleg soms zeer beknopt. Dit werkt demotiverend en zorgt ervoor dat de volgende keer minder snel aan-gifte wordt gedaan.
In het rapport wordt een voorbeeld beschreven van agressie tegen medewerkers van een ggz-instelling:
‘Een dronken patiënt vertoonde zeer agressief en bedreigend gedrag. Verschillende werknemers vonden dat er sprake was van een levensbedreigende situatie, omdat ze wisten waar de man toe in staat was. De politie werd gebeld en die was snel ter plaatse, waarna zijn gedrag normaliseerde. Toen de politie vertrok ging het weer mis en een van de verplegers meldde zich na dit incident voor langere tijd ziek en is inmiddels langdurig uitgevallen. Daarom besloot de organisatie aangifte te doen. Het opnemen van de aangifte werd in eerste instantie geweigerd, maar toen een leidinggevende van de instelling aangaf dat het om Veilige Publieke Taak ging, werd de aangifte uiteindelijk opgenomen en de verdachte werd ook gehoord. Daarna duurde het zes maanden voordat er een bericht kwam. In de brief van het Openbaar Ministerie stond: ‘Verdachte wordt niet verder strafrechtelijk vervolgd. De reden hiervan is dat het feit niet strafbaar is.’ Er werd geen toelichting gegeven op de afweging en de Arbo coördinator van de instelling in kwestie heeft daar ook niet meer om gevraagd: ‘Het was genoeg’. Het gevolg is volgens deze gesprekspartner dat geen van de werknemers van deze instelling ooit nog aangifte zal doen van agressief of gewelddadig gedrag: “Als dit al niet strafbaar is, wat dan wel?” ‘
Bron: Rijksoverheid
Auteur: redactie TvZ / Esther van Heeswijk
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account