Hugo’s collega’s moeten twee keer zo hard lopen omdat ze schaars zijn. ‘Normaalgesproken is het prettig om een schaars goed op de arbeidsmarkt te zijn.’
We drinken koffie op de afdeling longgeneeskunde. Een ontspannen sfeertje hangt er niet. John, een oncologieverpleegkundige, staat om de twee minuten op omdat er ergens een infuus piept. Hij begeleidt vandaag vijf kuurpatiënten en het complexe inloopschema is niet te combineren met een normale pauze. De zweetdruppels staan op zijn voorhoofd.
Janneke, zijn collega, zit rood aangelopen aan de telefoon. Ze komen morgen een mannetje te kort op de dagbehandeling oncologie – alweer! – terwijl deze wel helemaal volgepland is. Wie moet die kuren doen?
Er staat al enige tijd een aantal vacatures uit. De teksten zijn ronkend: een dynamische werkomgeving! Uitstekende arbeidsvoorwaarden! Veel reacties levert het niet op. Er is nu eenmaal een groeiend tekort aan gespecialiseerde verpleegkundigen. Het komt erop neer dat de oncologieverpleegkundigen die er wel zijn harder moeten lopen. Af en toe komt er iemand van een detacherings- of uitzendbureau, maar ook die zijn niet altijd in staat iemand te leveren. Laat staan iemand die meteen zelfstandig aan de slag kan.
‘Verpleegkundigen kunnen zelf iets aan werkdruk doen’
Verpleegkundigen en verzorgenden kunnen zich beter weerbaar maken tegen tijdstress. Tijdsdrukexpert Gabriëlle Verbeek schreef er een boek over. Lees meer >>
Kijkend naar John en Janneke voel ik me vooral verdrietig. Ze weten het op de afdeling altijd weer te fixen, maar hebben ze het voor zichzelf goed geregeld? Nee. Normaalgesproken is het prettig om een schaars goed op de arbeidsmarkt te zijn. Het maakt je waardevol. Je kunt iets dat anderen niet kunnen. Dat zou zich moeten vertalen in een prima inkomen, prettige werkomstandigheden en invloed op de gang van zaken. Hoe anders is dat voor John en Janneke. Omdat ze schaars zijn moeten ze twee keer zo hard lopen, voor hetzelfde matige inkomen dat is vastgelegd in een cao. De onmacht straalt van de gezichten.
Volgens onze beroepsvereniging V&VN worden de tekorten veroorzaakt door werkgevers. Die zouden al jaren terughoudend zijn met investeringen in vervolgopleidingen, met als resultaat dat de tekorten oplopen.
Daar kunnen we met z’n allen boos over zijn, maar een blik in de spiegel zou niet misstaan. Waarom hebben wij, als grootste beroepsgroep binnen het ziekenhuis, zo weinig in de melk te brokkelen? Waarom laten we ons afschepen met een verpleegkundige adviesraad die zich vooral bezighoudt met ludieke acties op de Dag van de Verpleging? Onze afwezigheid aan de bestuurstafel heeft tot foutieve keuzes geleid en daar is het hele ziekenhuis nu de dupe van.
Ik adviseer gespecialiseerd verpleegkundigen zich binnen instellingen te verenigen. Een whatsapp-groep is zo aangemaakt. Organiseer je, en ga gezamenlijk in gesprek met het bestuur over oplossingen. Een gezamenlijk plan voor de toekomst, prettige werkomstandigheden en een hoger inkomen, dat moet op de agenda. Geld is er heus, het moet alleen anders verdeeld worden. Medisch specialisten kunnen best met wat minder toe, al zal dat niet zonder slag of stoot gaan. Een verstandig ziekenhuisbestuur initieert dit overigens zelf. Dat heet leiderschap.
Aan het eind van de dienst zit ik naast Janneke te rapporteren. ‘En’, vraag ik haar. ‘Is het probleem op de dagbehandeling opgelost?’ ‘John gaat het doen’, verzucht ze. ‘Eigenlijk was hij vrij.’ Voor morgen is het dus opgelost. Nu nadenken over de jaren die volgen.
Een op twee verpleegkundigen overweegt andere baan
Bijna de helft van de ziekenhuisverpleegkundigen overweegt wel eens een baan buiten de zorg. Voornaamste reden: te hoge werkdruk. Lees meer >>
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account