Het nieuwe jaar is nog maar een paar weken oud of Jos mag zich al druk maken over de nieuwe beroepstitels. Gezien zijn vele plannen voor het komende jaar, voelt hij zich allesbehalve een ‘basisverpleegkundige’.
Zo, de kop is er af. 2016 is nu vier weken oud, en er heeft zich op verpleegkundig gebied weer heel wat voorgedaan! Zoals de ‘Basisverpleegkundige’ en ‘Regieverpleegkundige’: ik vind het drie keer helemaal niks. Het begrip ‘basis’ kennen we wel in de zorg. De basisarts bijvoorbeeld, is een net afgestudeerde student medicijnen, die vervolgens via bijscholingen en opleidingen het vak in de praktijk gaat leren. Je kan een al jaren lang werkende niveau 4 verpleegkundige met de diverse behaalde aantekeningen en vervolgopleidingen geen basisverpleegkundige noemen. Ik kijk alleen maar naar mezelf: in service opgeleid, kinderaantekening, IC-kinderverpleegkundige, opleidingen op gebied van palliatieve zorg, werkzaam op HBO niveau. En dan ben ik basisverpleegkundige? Ik voel me eerder (eind-)regisseur…. Nee, die termen moeten echt veranderd worden om het voor de cliënten nog begrijpelijk te laten zijn.
Gelukkig is mijn nieuwe werkjaar prima begonnen. In mijn blog van vorige maand gaf ik aan dat wij binnen Vivent de kindzorg – en dan vooral op palliatief gebied – steviger gaan verankeren. In die lijn kregen wij begin december een telefoontje van een ouder, die ten einde raad was. Haar 4-jarige kind moest groeihormonen krijgen via een subcutane injectie. Het dagelijks injecteren bracht zoveel emoties met zich mee, zowel bij de ouders als het kind, dat de situatie dreigde te ontsporen. Vanuit het ziekenhuis kregen we – na enkele telefoontjes over en weer – de MSVT toegekend om thuis de injecties te geven met als insteek de ouders het over te laten nemen. De eerste dag dat de injectie gegeven werd ging zonder een enkel probleem: ‘vreemde ogen dwingen…” . De volgende dag toen ik aanbelde, deed moeder open en gaf aan dat haar kind zich in de kast had verstopt en er niet uit wilde komen. Mijn collega en ik weten vanuit onze ervaring dat consequent zijn en het hanteren van het vaste patroon van afspraken bij de meeste kinderen prima werkt, dus waarom hier niet?
Om een lang verhaal kort te maken: ons principe is gebaseerd op ‘zeggen wat je doet’ en ‘doen wat je zegt’. En een klein team die zich dagelijks bezighoudt met de injectie. Na 4,5 week hebben we de ouders het spuiten over laten nemen. En nu, 6 weken later kunnen de ouders de injectie weer zelf geven met medewerking van het kind, zonder onze aanwezigheid. Ik blijf de situatie nog wel even volgen via Beeldzorg, ook zo’n nieuwe leuke ontwikkeling. Samen met een collega van het VTT team neem ik deel aan een pilot rond Beeldzorg. Begeleid door een externe organisatie (Vanmorgen) hebben wij regelmatig contact met cliënten die voor Beeldzorg in aanmerking willen komen. De familie van het ‘spuitangstige’ kind is er daar een van. Ik ben zelf erg enthousiast over de toegevoegde waarde van Beeldzorg, ook in een palliatieve fase.
2016 wordt zo te zien voor mij in mijn vakgebied een prima jaar! En dat voor een basisverpleegkundige…
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account