1. Artrose is…
A een aandoening aan het kraakbeen
B een aandoening aan de gewrichten
C een aandoening aan de botten
2 Hoeveel mensen in Nederland hebben artrose?
A 1,1 miljoen
B 2,1 miljoen
C 3,1 miljoen
3 Wat gebeurt er bij artrose?
A Het kraakbeen wordt dunner
B Het kraakbeen wordt harder
C De botten worden dunner
4 Artrose ontwikkelt zich…
A binnen drie jaar
B langzaam
C ontzettend snel
5. Hoe wordt artrose gediagnosticeerd?
A Door een MRI-scan te maken
B Door een röntgenfoto te maken
C Door de huisarts naar aanleiding van het klinisch beeld
6. Artrose komt niet voor bij mensen onder de 65 jaar.
A waar
B niet waar
7 Pijnklachten van artrose worden meestal verminderd door…
A bewegen
B rusten
8 Een gezond leefpatroon…
A heeft geen effect op de ontwikkeling van artrose
B kan helpen om de klachten van artrose te verminderen
C heeft alleen effect wanneer een patiënt ook stopt met eten en drinken.
Antwoorden:
1B, 2A, 3A, 4B, 5C, 6B, 7A, 8B
Uitslag:
0-3 goed
Je weet nog niet voldoende.
3-6 goed
De belangrijkste dingen weet je.
6-8 goed
Je hebt het helemaal begrepen!
Klik hier om je kennis te testen in een andere kennisquiz
Rhijja Jansen