Deze drie veel voorkomende handelingen hebben op basis van Evidence Based Practice geen meerwaarde voor de patiënt.
- Is routinematig wisselen van infuus bij een patiënt met parenterale voeding nodig?
Antwoord: Nee; alleen bij zichtbare tekenen van flebitis.
Achtergrond: Op de afdeling Neonatologie krijgen premature pasgeborenen regelmatig parentale voeding. De laatste jaren is er een toename van infecties bij perifere parentale toediening, welke levensbedreigende sepsis kunnen veroorzaken. De vraag is of een infectie voorkomen kan worden door het infuus routinematig te vervangen. Een mogelijkheid hiervoor is om de spuitenpomp lager af te stellen, zodat de inwendige hoge druk eerder gesignaleerd kan worden terwijl de flebitis nog niet zichtbaar is.
Conclusie: Er is geen onderzoek bekend bij pasgeborenen op basis waarvan routinematig vervangen van perifere infusen met parentale voeding kan worden aangeraden of afgeraden. Uit onderzoek bij volwassen patiënten blijkt dat katheter gerelateerde bloedbaaninfecties bij volwassenen zeer zelden voorkomen. Bij volwassen patiënten is geen verschil tussen het routinematig vervangen van het infuus of het vervangen op klinisch indicatie. De gevonden onderzoeken zijn weliswaar bij volwassenen uitgevoerd, maar er wordt aangenomen dat de resultaten ook gelden voor kinderen. Voor met name kleine kinderen geldt dat dat het plaatsen van een infuus pijnlijk en stressvol is en daarnaast zijn de aanprikplaatsen beperkt. (Auteur: Anouk van der Lee (Flevoziekenhuis), Marja Storm en Hester Vermeulen).
2. Is bij een CAD het tweemaal daags verzorgen van de uitwendige genitaliën nodig?
Antwoord: Nee, eenmaal daags verzorgen is voldoende.
Achtergrond: Verpleegafdelingen van ziekenhuizen kunnen onderling andere regels en protocollen hebben voor de frequentie van het geven van een ‘onderwassing’ wanneer een patiënt een blaaskatheter heeft. De vraag is dan ook: wat is de juiste frequentie om urineweginfecties en bacteriurie te voorkomen: één, twee of drie keer per dag?
Conclusie: Er is internationaal overeenstemming over het reinigen van de uitwendige genitaliën: dit dient net als de normale ‘goede’ hygiëne dagelijks te gebeuren met water en eventueel zeep. De aanbevelingen en het bewijs wijzen consistent in het voordeel éénmaal daags reinigen met water en zeep. Een regime van eenmaal daags met water en zeep levert tijds- en kostenbesparing op ten opzichte van regimes met een hogere frequentie of toepassingen van dure desinfecterende middelen. De adherentie aan een dergelijk laagdrempelig regime is zowel voor de patiënt als het verpleegkundig zorgproces haalbaar en aangenaam. (Auteurs: Catharina van Oostveen, Anne Eskes en Hester Vermeulen)
3. Is nuchter houden van de patiënt voor een CAG of PCI nodig?
Antwoord: Nee, patiënten dienen te eten en drinken voor de procedure.
Achtergrond: Patiënten met (verdenking op) cardiale problematiek ondergaan vaak een coronaire angiografie (CAG) of een percutane coronaire interventie (PCI). Er worden zowel geplande als spoedprocedures verricht. De patiënten die een geplande procedure ondergaan zijn hiervoor nuchter. Maar de patiënten die een spoedprocedure ondergaan zijn niet nuchter. Vraag is of het nodig is om de patiënten nuchter te houden voor bovenstaande procedures om complicaties te voorkomen of te reduceren.
Conclusie: Het blijkt dat de aspiratiekans erg klein is bij zowel de electief als bij de acuut geopereerde patiënt. Daarnaast lijkt de kans op intubatie en aspiratie bij het uitvoeren van een PCI of CAG ook erg klein te zijn, ongeacht of de patiënt nuchter gehouden wordt of niet. Het nuchter beleid voor operaties in het AMC schrijft voor dat patiënten tot zes uur voor de ingreep een lichte maaltijd mogen eten en tot twee uur van tevoren heldere vloeistoffen mogen drinken. Het nuchter beleid is besproken met de interventiecardioloog en besloten is om patiënten niet langer meer nuchter te houden voor de CAG en PCI. Alleen bij zeer hoog complexe patiënten kan hier een uitzondering worden gemaakt. (Auteurs: Wendy Schouten, Marja Storm-Versloot en Marja Holierook)

Hester Vermeulen is lector Evidence-based peri-operatieve zorg bij de Hogeschool van Amsterdam en werkt als onderzoeker in het AMC. Zij beoordeelde diverse evidence-based vraagstukken van verpleegkundigen, waardoor zinloze rituelen getackeld worden. Deze zijn gebundeld in twee CAT boekjes die zijn uitgegeven door het AMC
Kom ook naar het congres ‘EBP in één dag’ dat 10 mei in Ede gehouden wordt Meer info>>
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account