Het is voor wijkverpleegkundige Evelyn iedere dag weer een uitdaging om de zorg thuis voor elkaar te krijgen. Als bij een nieuwe cliënt de mantelzorgers te ver weg wonen en zij voor hen een laatste strohalm is, wordt die uitdaging wederom bevestigd.
Op een dag ontmoet ik mevrouw Segers. Een aantal weken geleden is ze opgenomen in een revalidatiecentrum vanwege een val. Mevrouw lijkt het daar erg gezellig te hebben. Ze heeft gedurende de dag continue aanspraak, krijgt haar maaltijden zo voorgeschoteld en doet mee met alle georganiseerde dagactiviteiten. Familie is opgelucht, eindelijk is mevrouw op haar plek.
Maar dan krijgt de familie te horen dat dit verblijf maar voor maximaal twee weken is bedoeld. Daarbij is mevrouw Segers voldoende hersteld en kan zij dus prima weer naar huis. Familie denkt daar toch anders over, mevrouw is helemaal niet in staat om voor zichzelf te zorgen. Het revalidatiecentrum schakelt mij als wijkverpleegkundige in om mee te kijken.
Gezien de afstand ben ik genoodzaakt om telefonisch de zorgen van de mantelzorger aan te horen. Het bleek thuis al enige tijd niet goed te gaan. Met boodschappen halen. Financiën beheren. Vaak vallen. Zichzelf verzorgen. Huishouden verzorgen. Al met al is mevrouw Segers volgens hem veel beter af in het verpleeghuis. Wanneer ik aangeef dat ik zijn zorgen serieus neem, slaakt de mantelzorger een diepe zucht. Eindelijk vindt er gehoor aan de zorgen die hij heeft.
Ik bezoek mevrouw Segers in het revalidatiecentrum. Ik bespreek met haar haar thuissituatie. Hoe doet ze normaal gezien de boodschappen en hoe moet dat nu? Mevrouw vertelt dat het huishouden verzorgen en het beheer van de financiën al enige tijd een struikelblok is. Ze is opgelucht wanneer ik vertel dat we hier hulp voor kunnen inschakelen. Daarbij blijkt het koken een probleem, mevrouw kan niet lang staan en gezien boodschappen halen ook moeizaam gaat, bespreek ik met haar kant-en-klaar maaltijden. Al is het om deze periode even te overbruggen, mevrouw heeft er wel oren naar.
En dan nog haar persoonlijke verzorging. In het revalidatiecentrum kan zij zich zelfstandig verzorgen, de verzorgenden doen haar kous uit en verder redt zij zich zelfstandig met de douchestoel. Maar thuis heeft ze die beiden, een verzorgenden en een douchestoel, niet. Wanneer ik wegga heb ik een hele lijst aan zaken die geregeld moet worden: personenalarmering, een douchestoel, 3x per week een verzorgende, kant-en-klaar maaltijden, huishoudelijke verzorging en mentorschap.
Achter de schermen, van de zichtbaar geleverde zorg, zorg ik er als wijkverpleegkundige voor dat alles gestroomlijnd verloopt. Om te voorkomen dat mevrouw verwaarloost en te zijner tijd alsnog opgenomen moet worden. En dan ben ik iedere keer opnieuw toch trots dat we dat wéér hebben weten te behalen.
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account