Staatssecretaris Martin van Rijn (VWS) presenteerde gisteren zijn brief over de hervorming van de langdurige zorg. Opvallendste punt voor verpleegkundigen: in de Zorgverzekeringswet (Zvw) komt een nieuwe aanspraak genaamd ‘thuisverpleging’.
De hervormingen in de langdurige zorg moeten ervoor zorgen dat mensen in de toekomst zo lang mogelijk zelfstandig thuis kunnen blijven wonen. In de visie van de staatssecretaris zal er vaker een beroep worden gedaan op het eigen sociale netwerk van mensen. De rol van de wijkverpleging wordt daarom versterkt, en er komen zogenaamde ‘sociale wijkteams’ die de zorg en ondersteuning dichtbij de cliënt én samen met de cliënt helpen organiseren.
In de zorgverzekeringswet komt een nieuwe aanspraak voor thuisverpleging. De bedoeling van deze aanspraak is dat mensen die naast verpleging ook verzorging nodig hebben die van dezelfde zorgverlener kunnen krijgen en mensen langer in eigen omgeving kunnen blijven. Dat betekent dat verzorging en verpleging niet wordt opgeknipt.

Het oorspronkelijke plan van het Kabinet was verzorging en verpleging uit elkaar halen. Gemeenten zouden verantwoordelijk worden voor verzorging, verpleging zou onder de Zorgverzekeringswet gaan vallen. Er was veel kritiek op vanuit de beroepsgroep. ‘Het is veel beter om het verschil tussen persoonlijke verzorging en verpleging op te heffen en daar één gemiddeld tarief voor te maken binnen de Zorgverzekeringswet, ‘ zei Buurtzorg-directeur Jos de Blok destijds.
Verpleging versus verzorging
Nu gaan verpleegkundige en verzorgende taken naar de Zorgverzekeringswet, alleen de zogenaamde ‘enkelvoudige verzorging’, zoals hulp bij douchen, gaat naar de gemeente. Francis Bolle van V&VN: ‘We zijn blij dat verpleging en verzorging niet worden opgeknipt, het risico dat er nu veel verschillende zorgverleners bij één cliënt worden ingezet is daarmee een stuk kleiner. Toch maken we ons als beroepsvereniging nog wel zorgen over die enkelvoudige verzorging die alsnog naar de gemeenten gaat. Hoe wordt dat besloten? Iemand die alleen hulp bij het douchen krijgt, kan behoorlijke gedragsproblemen hebben. Dan kán het lijken op ‘enkelvoudige verzorging’, terwijl de patiënt veel meer zorg nodig heeft. Bovendien blijven de schotten in de verschillende bekostigingssystemen bestaan, ook al breng je verpleging en verzorging onder bij de Zorgverzekeringswet. Wie wat precies betaalt, blijft nog steeds onduidelijk voor zowel de verpleegkundige als de cliënt.’
Wijkverpleegkundige en wijkteams
V&VN is wél erg blij met de prominente rol die de wijkverpleegkundige heeft in de brief van van Rijn: de wijkverpleegkundige als spil in de zorg die het medische en sociale domein met de mensen verbindt. Het kabinet trekt €200 miljoen uit voor meer wijkverpleegkundigen. ‘Met het geld kunnen projecten als de Zichtbare Schakel worden doorgezet en investeren in goed opgeleide, vakbekwame verpleegkundigen, in zowel de intramurale als de extramurale zorg.’ Ook is Bolle enthousiast over de ‘sociale wijkteams’, waar 50 miljoen voor uitgetrokken wordt. In die wijkteams wordt zorg en ondersteuning voor de cliënt dichtbij huis en meer in samenspraak met de burger georganiseerd. Verpleegkundigen zullen hier zeker een deel uit van maken, denkt Bolle. ‘Cliënten zullen veel meer een beroep moeten doen op hun eigen sociale netwerk. Als wijkverpleegkundige help je hen die zorg organiseren. Dat betekent dat dat je nóg meer dan nu te maken hebt met mantelzorgers en familie. Je zal moeten overleggen wie welke taak voor z’n rekening gaat nemen. Wat kan de patiënt nog? Wat neemt de mantelzorger voor z’n rekening en wat doe jij als wijkverpleegkundige? Dat komt aan op je communicatieve vaardigheden.’ De hervormingen zullen voor de wijkverpleegkundige best veel verandering met zich meebrengen. ‘Wijkverpleegkundigen zullen nog meer solistisch gaan werken, vaak in kleinschalige of zelfstuderende teams, en moeten een hoge mate van zelfstandigheid kunnen voeren.’
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account