Ik schreef al meer van mijn vaders ziekenhuisavontuur en mijn leermomenten aan zijn bed. Hieronder nog wat dingen die ik wist en toch ook niet.
Rond het bed – Een nachtkast is een onhandig en veel te klein meubel. Zeker voor een moderne patiënt als mijn vader, met een laptop. Voor bedrustpatienten zou een extra groot of tweede nachtkast geen overbodige luxe zijn.
Een raam blijkt een essentieel ding, net als een klok. In een ziekenhuis mis je aanknopingspunten. Waar ben ik en hoe staat dit enorme gebouw ten opzichte van mijn huis? Hoe licht of donker is het en wat is het voor weer voor mijn bezoek? Het raam is het enige contact dat je hebt met het normale leven waar je noodgedwongen uit weggehaald wordt door een ziekenhuisopname.
ADL – Haren wassen vindt mijn vader een noodzakelijke dagelijkse activiteit, maar met bedrust is hij afhankelijk van het humeur van de verpleegkundige. Hij heeft alle begrip voor drukte, maar voelt zich wel extra ellendig met zijn ongewassen krullen. Mijn vader knapt meer op van haren wassen, dan van pijnstillers, merk ik.
Dokters – Een dag geen dokter, betekent een hele dag wachten tot er helemaal niets gebeurt. Je kunt twintig lieve verpleegkundigen om je bed hebben, maar je wilt gewoon weten welke kant het met je op gaat.
De operatie – Natuurlijk begrijpt iedere verpleegkundige dat een operatie spannend is voor een patiënt. Ook familie zit in spanning. Maar hoe? Omdat je niet weet hoe laat de operatie begint, weet je thuis niet wanneer je wachttijd ingaat. Maar dat maakt niet veel uit, want je weet ook niet hoelang de operatie gaat duren. Ons enige houvast lag in de woorden van de chirurg: het wordt een complexe operatie, die flink tijd gaat kosten, maar er moet ons ook niks achter de broek zitten, want we hebben hier alle concentratie voor nodig.’ Dus.
Ondersteuning – Als het echt teveel wordt kan geestelijke verzorging uitkomst bieden. Ik ondervind echter dat een aanbod tot ondersteuning onder bezoekuur een onsuccesvol gebaar is. Mijn vader zal echt geen bezoek wegsturen om te werken aan meer psychische draagkracht.
Bezoek – Mij werd duidelijk dat patiënten hun bezoek koffie aanbieden, omdat ze dat thuis ook doen. Het voelt gek om bezoek te ontvangen en ze niks te bieden.
Lang verhaal kort samengevat: voor de hand liggend, ligt niet altijd voor het grijpen in de praktijk. Een verpleegkundige, hoe empatisch ook, weet nou eenmaal niet wat patiënten en familie weten.
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account