Ondervoeding bij ouderen in de thuiszorg is een probleem dat onder andere door verzorgenden onderschat wordt. Dit stelt Canan Ziylan, promovenda bij Wageningen UR Food & Biobased Research na onderzoek.
Wat is het meest verrassende resultaat?
‘Dat het zo slecht gesteld is met het monitoren van ondervoeding en het bewustzijn hierover. We zijn in Nederland al best ver met de richtlijnen rondom ondervoeding. Maar deze worden vaak helemaal niet toegepast of nageleefd. Verzorgenden onderschatten ondervoeding en de gevolgen ervan. Wat ik vooral van verzorgenden en huisartsen hoorde was: “Wij doen daar eigenlijk niks mee.” En: “Is dit dan zo’n groot probleem in Nederland?”.’
Is het dan een groot probleem?
‘Jazeker. Bij gezonde ouderen die zelfstandig wonen is een op de tien ondervoed. Bij ouderen die thuiszorg krijgen is een op de drie ondervoed, of heeft een risico op ondervoeding. Ondervoeding heeft vooral grote gevolgen voor de spieren, die minder worden. Daardoor wordt het valrisico groter, omdat je minder stabiel kan staan en lopen. Daarnaast leidt het ook tot een slechtere kwaliteit van leven, langer ziekenhuisverblijf, slechter herstel van ziekte, sneller ziek worden en vervroegde opnames in verzorgingshuizen en verpleeghuizen. Voeding is je benzine, als je daarvan te weinig binnenkrijgt, gaat het lichaam op alle vlakken harder achteruit. ‘
Hoe komt het dat verzorgenden dit probleem onderschatten?
‘Ten eerste is het een probleem dat lange tijd onzichtbaar kan zijn. Als iemand een wond op een been heeft, is het duidelijk wat er aan de hand is. Ondervoeding kan erin sluipen, zonder dat je het direct doorhebt. Het is vaak een verborgen probleem. Daarnaast lijkt de thuiszorg zich meer te richten op het hoofddoel: iemand verzorgen. Ze staan er minder snel bij stil dat het belangrijk is om te screenen op ondervoeding. Daarnaast heersen er een aantal fabels over ondergewicht bij ouderen. Veel verzorgenden denken bijvoorbeeld dat afvallen hoort bij het ouder worden.’

Je stelt dat de richtlijnen vaak niet worden toegepast of nageleefd…
‘Klopt. Heel zonde, want er zijn goede tools ontwikkeld waarmee je ondervoeding goed kunt signaleren. Zoals de SNAQ 65+ vragenlijst. Een wijkverpleegkundige zei tegen me: “Ik ga echt niet met zo’n lijst werken. Ik zie wel aan het gezicht of het lichaam hoe het eruit ziet.” Maar da’s een misvatting. Want als je op een gegeven moment aan de ingevallen wangen of het uitgemergelde lichaam van een cliënt ziet dat hij afgevallen is, dan is het meestal al te laat. De ondervoeding is dan vaak in zo’n ver stadium, dat het heel moeilijk wordt om die negatieve spiraal terug te draaien.’
Wat zijn de oorzaken van ondervoeding?
‘Die kunnen heel divers zijn. Iemand kan minder eetlust hebben als de partner is overleden, als het gebit verwaarloosd is, of als hij of zij uit gemakzucht een boterham eet, in plaats van voor zichzelf te koken. Ook bepaalde ziektes en medicijnen kunnen zorgen voor een verminderde eetlust.’
Wat kunnen verzorgenden doen om ondervoeding sneller te signaleren?
‘Bewustzijn scheelt al een hoop. Als je cliënt moeizaam uit de stoel komt, kan dit al duiden op ondervoeding. Kaart bij je leidinggevende aan om het screenen op ondervoeding een belangrijker onderdeel van de zorg te maken. Goede voorlichting aan ouderen geven, scheelt ook een hoop. Ouderen hebben veel eiwitten nodig, zoals kaas, vlees, noten, of een gekookt ei. Ouderen kunnen snel zeggen: “Maar ik mag niet elke dag een gekookt ei van de dokter.” Dat is inmiddels achterhaald: de mogelijke nadelen van dagelijks een ei eten, wegen niet op tegen de vele voordelen. Er is dus niks mis met een dagelijks ei.’

Canan heeft meer tips voor verzorgenden hoe ze ondervoeding bij ouderen zo snel mogelijk kunnen signaleren. Klik hier voor 5 tips>>
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account