Zó houd je je goede voornemens vol

• Goede voornemens bedenk je niet van de een op de andere dag. Denk er van tevoren goed over na hoe je je doelen kunt bereiken. Wat ligt er precies in je macht? Heb je anderen nodig? En hoe kun je daar gebruik van maken? De kans van slagen is groter als je een plan maakt, en dat met discipline  uitvoert.

• Leg de lat niet te hoog. Het is vergelijkbaar met het voornemen om elke week drie keer te sporten. als dat niet lukt, laten mensen het sporten al vlug helemaal zitten, omdat je het gevoel hebt dat je  gefaald hebt. Laat het idee van ‘alles of niets’ dus los. Als je je niet helemaal aan je voornemen kunt houden, is dat niet erg. Lopen lukt ook niet in één keer.

• Maak gebruik van reminders. Dit kan met memoblaadjes in je agenda, maar ook op een ludieke manier, zoals het laten afdrukken van een tekst op een Delfts blauw tegeltje, die je vervolgens op de afdeling hangt (dit kun je laten maken via www.truttigtegeltje.nl).

• Zoek steun bij collega’s op de afdeling. Als je bijvoorbeeld besluit om elke dag een kwartiertje met een bewoner naar buiten te gaan, vertel dit dan aan je collega’s. Zij kunnen je ook attenderen op je voornemen. ‘Ben je vandaag al met mevrouw naar buiten gegaan?’ Zo houd je elkaar scherp.