De inzet van de gespecialiseerde verpleegkundigen bij patiënten met chronische nierschade leidt tot betere behandeling van bloeddruk en cholesterol. Dat blijkt uit onderzoek van Arjan van Zuilen waarop hij 27 oktober promoveert.
Van Zuilen concludeert dat gespecialiseerde verpleegkundigen de rol van de arts bij de begeleiding van deze patiënten kunnen overnemen. Hij onderzocht bij 800 patiënten met chronische nierschade of het toevoegen van een gespecialiseerde verpleegkundige aan de behandeling leidde tot een betere controle van cardiovasculaire risicofactoren en een afname van hart- en vaatziekten. De verpleegkundige hielp bestaande richtlijnen te implementeren.
Lagere bloeddruk
Na twee jaar blijkt dat de patiënten die extra begeleid worden door een verpleegkundige (interventiegroep) een lagere bloeddruk hebben en een lager LDL-cholesterol dan de controlegroep. Ook gebruiken de patiënten in de interventiegroep meer bloeddrukverlagende en cholesterolverlagende medicijnen en vaker aspirine en actief vitamine D.
Hart- en vaatziekten
Ook na vijf jaar is de bloeddruk van de patiënten die extra begeleid worden door een verpleegkundige nog steeds lager dan van patiënten die alleen behandeld worden door de eigen specialist. Verder scoren de patiënten die extra begeleid worden ook beter wat betreft cholesterol, proteïnurie en bloedarmoede. De interventie leidt niet tot een minder voorkomen van hart- en vaatziekten. Ook is het aantal patiënten met terminaal nierfalen vergelijkbaar in beide groepen.
Leefstijl
De extra begeleiding door een verpleegkundige leidde niet tot een verbetering van leefstijl van de patiënt. Van Zuilen denkt dat dit komt omdat patiënten met chronische nierschade zich niet ziek voelen en daarom niet heel erg gemotiveerd zijn om hun gedrag aan te passen. Het zou ook kunnen komen omdat de verpleegkundigen te veel behandeldoelen moesten bespreken, soms ook met tegenstrijdige effecten. Zo is het lastig om zowel te stoppen met roken als om af te vallen.
Begeleiding
De gedachte achter de studie is dat de arts in zijn dagelijkse praktijk onvoldoende tijd heeft om de veelheid aan behandeldoelen adequaat met een patiënt te bespreken. Een gespecialiseerde verpleegkundige zou om meerdere redenen van toegevoegde waarde kunnen zijn. Op basis van de onderzoeksresultaten wordt geconcludeerd dat dit inderdaad het geval is, mits de verpleegkundige direct begeleidt wordt door een specialist.
Lees de samenvatting van het onderzoek ‘Masterplan: multifactorial approach and superior treatment efficacy in renal patients with the aid of nurse practitioners’.
Universiteit Utrecht
Door: redactie Nursing
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account