Meer dan de helft van de mantelzorgers vindt dat de samenwerking met verzorgenden beter kan, blijkt uit onderzoek van Mezzo. Woordvoerder Roos Verheggen legt uit.
Waar gaat het mis?
‘Voornamelijk bij de communicatie. Verzorgenden vragen vooral naar de zorgvrager, en welke zorgtaken de mantelzorger kan blijven doen. Er wordt snel vergeten om te vragen naar de mantelzorger, hoe deze het maakt en of deze de zorg nog wel aankan. 59% van de mantelzorgers heeft het idee dat de verzorgende dit niet goed kan inschatten.’
Ligt dat alleen aan de verzorgende?
‘Nee, zeker niet. Bij allebei ligt een taak: de mantelzorger moet proberen zoveel mogelijk openheid van zaken te geven, en de verzorgende kan de deur hiervoor openzetten door ernaar te vragen. Veel mantelzorgers vinden het moeilijk om aan te kaarten wat zij belangrijk vinden of wat ze liever anders zouden willen zien, omdat ze bang zijn dat ze hiermee lastig gevonden worden.’
Hoe zie je als verzorgende dat een mantelzorger overbelast raakt /ondersteuning nodig heeft?
‘Het mooiste zou zijn als de mantelzorger dit zelf aangeeft, maar mantelzorgers vragen niet gemakkelijk om hulp; je kunt hier als verzorgende in elk geval naar vragen.’
En dan zegt de mantelzorger: ‘Het gaat prima!’. En dat was dat?
‘Als je als verzorgende doorvraagt, dan komt het gesprek hierover met de mantelzorger wel op gang. Je kunt bijvoorbeeld aangeven dat je het gevoel hebt dat de mantelzorger vermoeid is. Andere signalen zijn onder andere dat de mantelzorger er moe uitziet, ontwijkend reageert op vragen, fysieke klachten heeft, minder langsgaat bij de zorgvrager, niet goed voor zichzelf zorgt, of snel geïrriteerd is.’
Kunnen verzorgenden nog meer doen om de mantelzorger te ondersteunen?
‘Een open gesprek is belangrijk, maar blijf ook vragen naar de gemoedstoestand van de mantelzorger. Want wat eerst prima ging, kan later minder goed gaan. Daarnaast is het belangrijk om te blijven beseffen dat elke mantelzorger anders is, dus dat de een eerder (over)belast is dan de ander. Wanneer mantelzorgers op hun eigen manier kunnen zorgen en wanneer zij zich gehoord en gezien voelen, houden zij de zorg veel langer vol. Probeer ten slotte het gevoel te hebben dat je de zorg sámen doet, en blijf de mantelzorger vanuit deze open houding benaderen. Sommige verzorgenden hebben de neiging om defensief te worden als de mantelzorger iets aangeeft, en daar is niemand bij gebaat.’
Is het alleen maar kommer en kwel?
‘Nee, zeker niet. Er wordt in de zorg veel gedaan op het gebied van aandacht voor de mantelzorger, en je merkt dat het steeds beter gaat. We zijn op de goede weg!’
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account