De omgang met ouderen met psychische problematiek kan uitdagingen opleveren, maar ook mogelijkheden. Zo kan je met eenvoudige aanpassingen in je benadering al grote stappen maken.
In dit artikel geven we algemene tips en tips voor specifiekere psychiatrische stoornissen die ook behandeld worden tijdens het congres Ouderenpsychiatrie op 1 april 2026 in Veenendaal. Hier is Gerben Bergsma, eigenaar van Bergsma en De Boer bij- en nascholing, een van de sprekers.
1. Begrijp gedrag door het levensverhaal te kennen
Bergsma: ‘Kijk altijd verder dan het zichtbare gedrag. Probleemgedrag ontstaat zelden plotseling; het is vaak een handhavingsmechanisme waarmee iemand probeert overeind te blijven. Neem daarom bewust tijd om iemands levensverhaal te leren kennen: een huisbezoek, een gesprek met familie of het observeren van iemands vroegere leefstijl kan gedrag ineens begrijpelijk maken.
Als je weet waar bepaald gedrag vandaan komt, zoals slapen met schoenen aan of douchen met belangrijke documenten binnen handbereik, kun je de situatie vaak eenvoudig en respectvol aanpassen. Begrip opent de deur naar oplossingen die het welbevinden direct vergroten.’
Leer omgaan met psychische problematiek bij ouderen
Tijdens het congres Ouderenpsychiatrie op 1 april 2026 in Veenendaal duik je in 1 dag in de wereld van psychische problemen bij ouderen. Met onder andere:
- Hoe herken en signaleer je psychische en psychiatrische aandoeningen bij ouderen?
- Neuro-cognitieve stoornissen.
- Stemmings- en angststoornissen.
Meer weten over de sprekers en het programma, klik hier.
2. Zoek vroegtijdig samen naar betekenis en behoeften
‘Ga bij signalen van ontregeling vroegtijdig samen op zoek naar betekenis: schakel een psycholoog in en reflecteer als team op wat je ziet. Onverklaarbaar gedrag blijkt bijna altijd te herleiden tot onvervulde behoeften of oude patronen die opnieuw opspelen. Vraag je af: welke behoefte komt iemand tekort, en hoe kan ik die aanvullen?
Persoonsgerichte zorg ontstaat wanneer je creatief durft te denken. Bijvoorbeeld een poppenwagen geven aan een man die vroeger een transportbedrijf had. Als gedrag verklaarbaar wordt, wordt het ook veranderbaar. Die houding maakt morgen al verschil.’
Bovenstaande tips komen uit een eerder interview met Gerben Bergsma. Klik hier om het volledige interview te lezen.
3. Toon empathie bij angst
Bij cliënten met een angststoornis is het belangrijk dat je empathie toont voor de zorgen die een cliënt uit, maar vermijd het versterken van de angst. ied geruststelling en valideer hun gevoelens, terwijl je tegelijkertijd een optimistische en ondersteunende benadering behoudt. Stel de cliënt in staat om controle te behouden. Geef keuzes waar mogelijk en moedig autonomie aan bij besluitvorming over zorg en dagelijkse activiteiten.
Cliënten met een angststoornis vertonen mogelijk weerstand tegen veranderingen in de zorg. Leg de redenen voor benodigde veranderingen duidelijk uit aan de cliënt en betrek hen bij het besluitvormingsproces.
In een eerder artikel gaan we dieper in op angststoornissen bij ouderen. Klik hier om het volledige artikel te lezen.
4. Positieve bekrachtiging bij afhankelijke persoonlijkheidsstoornissen
Zet de cliënt met een afhankelijke persoonlijkheidsstoornis in de eigen kracht, door positieve bekrachtiging: “U kunt het wel”. Begrens dus ook wanneer er sprake is van claimend of manipulatieve uitspraken of gedrag, door bijvoorbeeld te zeggen: “Ik kan dat niet voor u doen, u bent een volwassen persoon. U moet zelf de huisarts bellen.”
Neem geen beslissingen over, maar help de ander een eigen beslissing te nemen door bijvoorbeeld voor- en nadelen op te laten sommen. Laat je niet door je eigen irritaties of medelijden leiden. De afhankelijkheid van de ander is een handicap, jouw steun en begrenzing de prothese.
In een eerder artikel gaan we dieper in op persoonlijkheidsstoornissen bij ouderen. Klik hier om het volledige artikel te lezen.

Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account