Komende zomer moet duidelijkheid ontstaan over vorm en inhoud van het vernieuwde casemanagement dementie. Een mooie kans om deskundigheid in de omgang met dementie te emanciperen, aldus Hugo.
‘De casemanager een enorme steun?’ Mantelzorger Ronald Wiebes kijkt bedenkelijk. ‘Niet echt’, antwoordt hij ten slotte. ‘Maar als er wat gedaan moet worden, een briefje waar een handtekening onder moet, dan doet ze dat prima. Ze wil wel, maar ze mist de knowhow.’
Bovenstaand citaat is afkomstig uit de rapportage van de Dementie Verhalenbank* die we onlangs hebben aangeleverd bij het Ministerie. De onderzoekers, waaronder ikzelf, spraken uitgebreid met ruim honderd mantelzorgers, professionals en mensen met dementie over leven met de ziekte thuis. De casemanager kwam veelvuldig aan bod. De woorden van Wiebes – zijn echtgenote lijdt aan Alzheimer – zijn helaas behoorlijk representatief voor het beeld dat uit de gesprekken naar voren kwam.
De casemanager is uitstekend in het organiseren van zorg. Als het gaat om psychosociale ondersteuning van mensen met dementie en hun naasten komt ze minder goed uit de verf. Er is, aldus de mantelzorgers, te weinig contact om een goede band op te bouwen. Kennis over de omgang met dementie ontbreekt nogal eens. En juist daar is grote behoefte aan: een vertrouwenspersoon met wie je kunt praten over alle veranderingen waarmee je als patiënt of mantelzorger geconfronteerd wordt. Iemand die je nuttige adviezen geeft in de omgang met dementie, die je op weg helpt van het leven weer iets te maken.
Zie ook: Deze zomer duidelijkheid over casemanagement dementie
Wat een aantal casemanagers ontbeert zien mantelzorgers opvallend genoeg wel terug bij medewerkers van de thuiszorg: kennis en kunde in de omgang met dementie. ‘Anneke doet het uitstekend’, vertelt Dennis Francken in ons Verhalenbankrapport over de verzorgende van zijn vrouw. ‘Ze heeft overwicht, maar geeft mijn vrouw toch het gevoel dat ze autonomie heeft. Ze beweegt mee en weet het zo te brengen dat het lijkt alsof de zorg in overleg gaat. Ondertussen krijgt ze alles voor elkaar. Een natuurtalent, daar ben ik gewoon jaloers op.’
Francken is complimenteus, maar toch wringt er iets in zijn formulering. Dat zit hem in het begrip ‘natuurtalent’. Anneke is in de ogen van Francken geen deskundige in de klassieke zin van het woord. Ze heeft geen vak geleerd. Het zijn haar persoonlijke eigenschappen die maken dat ze haar werk uitstekend doet.
Er zijn veel mantelzorgers die op deze wijze praten over medewerkers van de thuiszorg. Het zijn allemaal ‘superlieve meiden’ die ‘het gewoon in zich hebben’. Het doet mij pijn als ik dat lees. Waarom wordt deskundigheid niet gewoon herkend als deskundigheid? Het heeft, zo vrees ik, met status en aanzien te maken. Iemand die de billen wast van mensen met dementie kan in de ogen van de gemiddelde Nederlander onmogelijk goed opgeleid zijn.
Komende zomer moet duidelijkheid ontstaan over vorm en inhoud van het vernieuwde casemanagement. Een mooie kans om deskundigheid in de omgang met dementie te emanciperen. Wie te weinig kennis en ervaring heeft met de doelgroep zou eigenlijk geen casemanager mogen zijn. Behoeften van mensen met dementie en hun mantelzorgers dienen leidend te zijn. Als dat betekent dat vooral mensen met een verzorgende achtergrond in aanmerking komen, dan is dat maar zo.
*Het rapport van de dementieverhalenbank wordt deze zomer openbaar gemaakt.
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account