Patiënt vindt privacy in ziekenhuis ondermaats

Verpleegkundigen en artsen zouden meer rekening kunnen houden met de privacy van patiënten. Veel Nederlanders zijn niet tevreden over de discretie in ziekenhuizen, verpleeghuizen en apotheken.

Dat blijkt uit een rapport van de Nederlandse Patiëntenfederatie over privacy in de zorg. Een grote ergernis in de ziekenhuizen zijn artsen en verpleegkundigen die op zaal of op de gang gesprekken voeren over medische kwesties, dossierzaken of medicatiegebruik. ‘Een bedgordijn houdt geen stemmen tegen’, benadrukt een patiënt in het rapport nog maar eens. Ook aan de balies op verpleegafdelingen en andere afdelingen in het ziekenhuis ervaren patiënten weinig privacy, doordat medewerkers te hard praten of onvoorzichtig omgaan met privacygevoelige gegevens.

Op zaal

Deels worden deze problemen veroorzaakt door de indeling van veel ziekenhuizen: te weinig een- of tweepersoonskamers, te weinig spreekkamers om even rustig in te gaan zitten en balies die te dicht op elkaar staan. Zo klagen patiënten ook over het moeten delen van sanitaire voorzieningen en ervaren ze te weinig privacy op zaal als er doorlopende bezoektijden zijn. Ook het teruggereden worden naar de zaal tijdens het bezoekuur vinden patiënten vervelend, net als verpleegkundigen die in een wachtruimte op de afdeling een intake of vragenlijsten afnemen. Op kraamafdelingen met kraamsuites zijn patiënten wel erg tevreden over hun privacy.

Aanpassingen

Het rapport van de Patiëntenfederatie is tot stand gekomen na een analyse van gegevens op Zorgkaart Nederland. Hier geven patiënten hun mening over de zorgverlening in ons land. Volgens de Patiëntenfederatie is er op het gebied van privacy nog weinig verbetering te zien. In 2016 hield de organisatie een onderzoek onder 7000 patiënten; hiervan gaf de helft aan ontevreden te zijn over privacy in zorginstellingen en apotheken. De Patiëntenfederatie denkt dat veel van de problemen zijn op te lossen door kleine bouwkundige aanpassingen en discreter gedrag van zorgverleners.