• Spring naar de hoofdnavigatie
  • Door naar de hoofd inhoud
  • Spring naar de voettekst
Menu
Zoeken
Inloggen

Nursing.nl | Nieuws, blogs en meer | Nursing voor verpleegkundigenNursing.nl | Nieuws, blogs en meer | Nursing voor verpleegkundigen

Waarmee maken wij jou steeds beter?

  • Praktijk
  • Werk
  • Challenge
  • Congressen
  • Abonneren
  • Nursing
    • Home
    • Praktijk
    • Werk
    • Challenge
    • Congressen
  • Service
    • Veelgestelde vragen
    • Contact
    • Abonneren
    • Adverteren
    • Inloggen
    • Wat is de Nursing Challenge?
    • Mijn profiel
  • Meer Nursing
    • Nieuwsbrieven
    • Shop
    • Nursing.be
  • Vacaturebank
    • Vacatures
    • Vacature plaatsen

Praktijk Patiëntveiligheid

Mondneusmaskers: dit moet je weten

Gepubliceerd op: 27 mei 2020
Lees ook

Met deze tips draag je mondkapjes mogelijk (iets) comfortabeler

FFP1, FFP2, chirurgische mondneusmaskers: ze bestaan in allerlei soorten en maten en hebben allemaal een andere functie. Wat zijn ook alweer de verschillen en hoe gebruik je zo’n masker op de juiste manier?

Per isolatievorm worden verschillende beschermingsmiddelen gebruikt. Zo zijn er verschillende typen mondneusmaskers. Bij aerogene isolatie draag je een FFP2 mondneusmasker; bij druppelisolatie een FFP1 mondneusmasker (officieel heten deze ademhalingsbeschermingsmaskers). We zetten de verschillen op een rij.

Wat is het verschil tussen FFP1-, FFP2-, en FFP3-mondneusmaskers?

FFP staat voor Filtering Facepiece Particle; ofwel: een gezichtsmasker dat deeltjes filtert. Het toegevoegde getal (FFP 1, 2 of 3) drukt uit hoe sterk de ingeademde lucht wordt gefilterd. Hoe hoger het getal, hoe meer bescherming. In de zorg wordt vooral gebruik gemaakt van FFP1- en FFP2-maskers. De maskers hebben de opschriften FFP1 (minimaal 80% van de deeltjes wordt tegengehouden), FFP2 (94%) of FFP3 (99%). Ook hebben de maskers een CE-markering. De maskers worden getoetst op basis van de norm NEN-EN 149 +A1 en moeten voldoen aan de Europese Verordening Persoonlijke beschermingsmiddelen (EC 2016/425). De Inspectie SZW houdt toezicht op deze persoonlijke beschermingsmiddelen als ze voor professionals zijn bestemd.

FFP1-mondneusmasker

‘Een FFP1 masker draag je als er grote druppels vrijkomen bij praten, hoesten en dergelijke’, verduidelijkt Tessa Lauret, infectiedeskundige in het Amsterdam UMC in dit artikel over isolatieverpleging. ‘Denk aan luchtweginfecties of influenza. Doordat deze druppels relatief zwaar zijn, blijven ze minder lang door de lucht zweven en worden ze over een minder grote afstand verspreid.’

FFP2-mondneusmasker

‘Een FFP2 masker draag je onder meer bij de behandeling van patiënten met (een verdenking op) tbc’, licht Lauret toe. ‘De kleine druppels bij tbc kunnen op grotere afstand van de bron nog iemand besmetten.’

Chirurgische mondneusmaskers

Chirurgische mondmaskers (type I, II en IIR) zijn medische hulpmiddelen die je draagt tijdens het verzorgen en behandelen van patiënten en cliënten. Een chirurgisch mondneusmasker heeft als doel om de uitgeademde lucht te filteren en de omgeving van de drager te beschermen tegen druppels die ontstaan bij spreken, hoesten en niezen. Het is niet geschikt als ademhalingsbeschermingsmasker zoals de FFP1- en FFP2-mondneusmaskers.

Type I maskers bieden de laagste mate van bescherming en worden dus alleen gebruikt bij een laag risico. Type 1 mondmaskers hebben een BFE (bacterie filter efficiency) van minimaal 95% en zijn niet spatresistent. Type II maskers hebben een BFE van minstens 98% en zijn eveneens niet spatresistent.

Type IIR maskers werken twee kanten op. Het RIVM adviseert type IIR mondmaskers te gebruiken bij algemene zorghandelingen, ook bij patiënten die besmet zijn met het coronavirus. Toch zijn ze minder effectief voor de bescherming van de zorgverlener tegen virussen van buitenaf. Dat komt doordat de chirurgische maskers minder strak aansluiten op het gezicht van de gebruiker dan FFP-mondmaskers. Daardoor kunnen toch deeltjes uit de lucht via de zijkanten van het masker toch naar binnen komen (Bron: IGJ).

Je kunt aan het mondneusmasker zelf niet zien welk type het is. Om vergissingen te voorkomen wordt in instellingen vaak maar één type gebruikt: Type IIR.

Op de verpakking moet staan dat het om een mondmasker voor medisch gebruik gaat. Er staat een CE-markering op. De maskers worden getoetst op basis van de norm NEN-EN 14683 en moeten voldoen aan de Europese richtlijn voor medische hulpmiddelen (Richtlijn 93/42/EEG of Verordening (EU) 2017/745).

Niet-medische mondmaskers voor iedereen, om anderen te beschermen

Dit zijn de maskers die sinds 1 december 2020 gebruikt moeten worden in openbare en overdekte ruimten, in het onderwijs, het openbaar vervoer en bij contactberoepen. Deze maskers hebben geen officiële aanduidingen. Behalve de mededeling dat ze alleen bedoeld zijn voor civiel gebruik (dus niet voor persoonlijke bescherming of medische doeleinden).

Ook staat er geen CE-markering of medische claim op de verpakking of een tekst die verwijst naar een norm. Voor deze maskers gelden geen wettelijke eisen over de kwaliteit en de bescherming die ze bieden. Een niet-medisch mondkapje beschermt niet jouzelf, maar kan de mensen rondom jou beschermen als je het zorgvuldig draagt en gebruikt. Meer informatie over niet medische mondmaskers op de website van de Inspectie.

Aandachtspunten bij het gebruik

Uiteraard hebben mondneusmaskers alleen bij correct gebruik het gewenste effect. Vanzelfsprekend moet het masker goed aansluiten. Je moet het masker aanbrengen voordat je de ruimte betreedt waarin de besmette patiënt zich bevindt. Vervang het masker op tijd, de WIP-richtlijn adviseert om de gebruiksaanwijzing van de fabrikant te volgen. Je moet het masker eerder vervangen als het ademhalen zwaar wordt of als het masker vochtig wordt. Je mag een masker niet om de hals dragen en daarna opnieuw gebruiken; binnen- en buitenkant kan besmet raken bij het opnieuw opzetten. Pas direct na het afzetten van het masker handhygiëne toe.

Een mondneusmasker met een ventiel beschermt minder goed dan een masker zonder ventiel. Wel is een masker met ventiel comfortabeler als je het langere tijd moet dragen.

Bronnen: RIVM, Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd

Gepubliceerd op: 27 mei 2020
Door: Francine Aarts

Thema:

Patiëntveiligheid

Tags:

Patiëntveiligheid

Lees Interacties

Geef je reactie Reactie annuleren

Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account


Praktijk Patiëntveiligheid

icon-Patiëntveiligheid

Patiëntveiligheid

Blog Barbara: ‘Een doffe klap. De patiënt is uit zijn bed gevallen’

icon-Patiëntveiligheid

Patiëntveiligheid

Continu meten vitale functies zonder alarmmoeheid: zo kan het

icon-Patiëntveiligheid

Patiëntveiligheid

Blog Barbara: ‘Eigen regie en therapietrouw gaan niet altijd samen’

icon-Patiëntveiligheid

Patiëntveiligheid

Gastblog IGJ: ‘Ausculteren bij een neusmaagsonde kan echt niet meer’

icon-Patiëntveiligheid

Patiëntveiligheid

Apenpokken of monkeypox: dit moet je weten als verpleegkundige

Bekijk meer

Newsletter

Altijd op de hoogte van het laatste nieuws en vakinhoudelijke artikelen?

Schrijf je dan in voor een van onze nieuwsbrieven.

Aanmelden

Footer

Meer nursing

Abonneren

Gratis proefabonnement

Shop

Contact

Volg ons op

Adverteren

Personeeladvertentie

Adverteren & partnerships

Nursing Vlaanderen

Ga naar Nursing.be

© Bohn Stafleu van Loghum, onderdeel van Springer Nature

  • Privacy Statement
  • Disclaimer
  • Voorwaarden
  • Cookie voorkeuren