De poliklinische osteoporosezorg na een fractuur is in Nederland goed geregeld, maar de helft van de patiënten maakt er geen gebruik van. Zorgverleners blijken hier een cruciale rol in te spelen, en kunnen patiënten motiveren de osteoporosepoli toch te bezoeken. Dat concludeert verpleegkundig specialist Peter van den Berg in zijn proefschrift.
De Nederlandse osteoporosepoli’s die gerund worden door gespecialiseerde verpleegkundigen scoren goed op taken als het identificeren en uitnodigen van patiënten ouder dan 50 jaar met een recente fractuur, communiceren met de huisarts en toepassen van vervolgstappen en richtlijnen.
Mannen komen minder vaak
Van den Berg onderzocht wat bepaalt of patiënten uit de doelgroep de poli bezoeken. Patiënten die de poli niet bezoeken zijn (onder andere) vaker mannen, wonen vaker alleen, hebben vaker een laag opleidingsniveau en zijn vaker niet op de hoogte dat ze een verhoogd risico op een vervolgfractuur hebben.
Veel patiënten bezochten de poli omdat een zorgverlener hen daartoe gemotiveerd had
Patiënten die de poli wél bezochten deden dat vaak omdat een zorgverlener hen daartoe gemotiveerd had. Het heeft dus zin een 50-plus-patiënt na een fractuur te stimuleren de osteoporosepoli te bezoeken.
Therapietrouw
Van den Berg onderzocht verder of zorgverleners met ondersteunende telefoongesprekken de medicatietherapietrouw konden verbeteren bij postmenopauzale vrouwen met een recente fractuur. De telefoontjes bleken echter geen effect te hebben: zowel met als zonder telefoongesprekken waren ongeveer 4 op de 5 vrouwen therapietrouw.
Peter van den Berg. Fracture liaison service: Optimizing care from a nurse practitioner’s perspective. Proefschrift Universiteit Maastricht, december 2020.
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account