De spanning tussen werkgevers en werknemers in de cao-onderhandelingen loopt op. Op 3 juni onderhandelen vakbonden en werkgevers verder. Komen er daarna echt acties? Nursing sprak met de betrokken partijen.
De laatste onderhandelingsronde over een nieuwe cao Ziekenhuizen was op 21 mei. De NVZ deed toen een voorstel van gemiddeld 2,5 procent salarisverhoging per jaar, gedurende drie jaar, plus een verhoging van de onregelmatigheidstoeslag. De bonden gingen daar niet mee akkoord. Zij willen meer koopkrachtverbetering dan werkgevers bieden: een hogere salarisverhoging dan 2,5 procent, en onder andere extra periodieken voor verpleegkundigen die al een tijd aan het eind van hun salarisschaal zitten. Over dit bod praten de partijen op 3 juni verder.
Spanningen
Er is dus nog geen nieuwe cao Ziekenhuizen. Vertegenwoordigers van de NVZ en de vakbonden benadrukken tegenover Nursing allemaal dat ze er 3 juni heel graag uitkomen. Maar ze geven ook allemaal toe in spanning te zitten, omdat de eisen nog steeds ver uit elkaar liggen.
Acties
Beide partijen zien ook de discussie onder verpleegkundigen toenemen. Elise Merlijn, cao-onderhandelaar namens de FNV, sprak de laatste dagen veel verpleegkundigen die zich voorbereiden op acties. Ze ziet ook veel reacties en foto’s van posters op de Facebookpagina die de FNV maakte. ‘En dat begrijp ik. Het bod van de NVZ ligt ver af van waar verpleegkundigen recht op hebben.’
‘Onhaalbare investering’
Gita Gallé, onderhandelaar namens werkgeversorganisatie NVZ legt uit waarom zij niet akkoord kunnen gaan met het ‘ultieme bod’ van de bonden. ‘Ziekenhuizen moeten 200 miljoen euro extra betalen als de eisen van de vakbonden op tafel blijven. Zo’n investering is onhaalbaar.’
In de VVT (thuiszorg en ouderenzorg) kwamen werkgevers en vakbonden vorig jaar uit op een loonsverhoging van 4 procent. Gallé ziet die ruimte van 4 procent echter niet voor de ziekenhuizen. ‘We hebben rekening te houden met afspraken in het hoofdlijnenakkoord.’ Een van de afspraken is dat in 2019 het budget van ziekenhuizen maximaal met 0,8 procent mag groeien. In 2022 mag hun budget helemaal niet meer groeien.
‘Verpleegkundigen niet het slachtoffer’
Merlijn vindt dat verpleegkundigen geen slachtoffer mogen worden van dergelijke afspraken over budgetten. ‘Er is een probleem op de arbeidsmarkt, en verpleegkundigen voelen zich onvoldoende gewaardeerd. Daar moet het over gaan,’ reageert ze.
Lonen gestegen
De lonen in de ziekenhuizen zijn de afgelopen jaren al meer gestegen dan in andere sectoren, zegt Gallé. ‘Ruim 17 procent tussen 2009 en 2018. In de publieke sector was de stijging 15,9 procent en in het bedrijfsleven 15 procent. Dat blijkt uit cijfers van Algemene Werkgeversvereniging Nederland, de AWVN.’ Maar, zo reageert Merlijn, de ziekenhuizen moeten niet terugkijken maar vooruit. ‘We hebben nu een hoge werkdruk, uitstroom en hoog ziekteverzuim, dus moet er ook nu een echte inkomensverbetering komen, willen we verpleegkundigen behouden voor de zorg.’
Breekpunten
Wat kunnen breekpunten zijn? Dat er nog gepraat wordt is positief, zegt Merlijn, en ze heeft liever geen acties. ‘Maar werkgevers moeten zich niet vergissen: de onrust onder verpleegkundigen wordt groter. Voor ons is het breekpunt niet alleen het salaris. We zien veel kleine lettertjes bij andere afspraken die op tafel liggen, met als risico dat verpleegkundigen in de praktijk niet krijgen wat landelijk is afgesproken. Dat moeten we voorkomen.’ Toch is er aanleiding voor optimisme, vindt Gallé. ‘Bijvoorbeeld omdat we het eens zijn dat de onregelmatigheidstoeslag omhoog moet. En omdat we allemaal vinden dat extra werken vanwege een hoge zorgvraag beter beloond moet worden. Bovenal willen wij ook de loyaliteit fatsoenlijk belonen. In het ziekenhuis waar ik bestuurder ben zie ik de werkdruk ook.’
Als de partijen er op 3 juni niet uitkomen, vergaderen de vakbonden dezelfde avond over vervolgstappen.
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account