Hbov'ers en mbov'ers willen verschil zien

 

Uit de (vooralsnog) zeventien gepeperde reacties op Noortjes
blog blijkt dat de meerderheid
graag meer verschil ziet in taakverdeling. Noortje schreef in haar blog van 29
januari dat het ontbreken van echte verschillen tussen de mbo-v’er en hbo-v’er
voor haar de reden was geweest om niet de hbo-v-opleiding te doen, want zo
stelde ze: ‘We staan allemaal aan het bed en werken we even hard.’ Ook
stelde ze twee vragen: ‘Moeten hbo’ers meer gestimuleerd worden en de ruimte
krijgen om zich te profileren? Of is het verschil in opleiding onvoldoende voor
een verschil in de dagelijkse praktijk?

 

Wel onderscheid maken
Ruim vijftien respondenten vinden
dat er een onderscheid in taken zou moeten bestaan tussen hbo-v’ers en
mbo-v’ers. Ook het salaris zou moeten verschillen, schrijven sommigen. Vooral
degenen die eerst de mbo-opleiding en vervolgens de hbo-opleiding hebben gedaan,
zien grote verschillen. Genoemd worden zaken als: ‘meer reflectie,
beleidskennis, evidence-based onderzoek kunnen opzetten, uitvoeren en
interpreteren’ als onderscheidende kenmerken van de hbo-v’er.

 

‘Geen verschil’
Twee verpleegkundigen zeggen dat er
geen verschil gemaakt moet worden. ‘In de praktijk merk ik geen verschil,’ aldus
een mbo-v-leerling. Een Italiaanse verpleegkundige die ook verpleegervaring
heeft in IJsland, vindt dat Nederland maar één opleiding zou moeten aanbieden:
de hbo-v.