Test je kennis over stomazorg met deze acht vragen.
1. Hoeveel procent van de mensen met een stoma is ouder dan 40 jaar?
A 10 procent.
B 50 procent.
C 90 procent.
2. Hoeveel Nederlanders hebben een stoma?
A Ongeveer 9.000.
B Ongeveer 18.000.
C Ongeveer 38.000.
3. Een urostoma wordt gemaakt van een stuk dikke darm.
A Dat is waar.
B Dat is niet waar.
4. Wat zijn de belangrijkste taken van een verzorgende bij stomazorg?
A Verzorgen en diagnosticeren.
B Verzorgen en aanbieden van oplossingen bij complicaties.
C Verzorgen en complicaties signaleren.
5. Wat is belangrijk na verwijdering van de huidplaat?
A De achterkant controleren.
B De inhoud van het stomazakje controleren.
C Beide.
6. Mensen met een stoma moeten altijd een aangepast dieet volgen.
A Dat is waar.
B Dat is niet waar.
7. Wat moet je doen bij een vurig rode huid rond de stoma?
A Behandelen met barrièrecrème.
B Behandelen met sudocrème.
C Behandelen met zinkoxide.
8. Mensen met een ileostoma verliezen… vocht bij hun ontlasting.
A Minder.
B Meer.
C Evenveel.
Deze kennisquiz hoort bij de klinische les uit Tijdschrift voor Verzorgenden. Vakblad voor verzorgenden in de VVT. Klik hier voor een abonnement >> Tijdschrift voor Verzorgenden is ook op Facebook >>
Elk goed antwoord levert één punt op. Tel al je punten bij elkaar op en bekijk de uitslag!
Antwoorden
1A 2C 3B 4C 5C 6B 7A 8B
Uitslag:
0-3 goed
Je weet nog niet voldoende.
3-6 goed
De belangrijkste dingen weet je.
6-8 goed
Je hebt het helemaal begrepen!
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account