Een zelfstandig werkende verpleegkundige die een behandeling voorstelde terwijl ze daar niet toe bevoegd is, krijgt een berisping. Ze schond het vertrouwen in de beroepsgroep, vindt het tuchtcollege.
De verpleegkundige zei tegen de vader dat zijn uit huis geplaatste zoon EMDR-therapie nodig had. EMDR (Eye Movement Desensitization and Reprocessing) is een therapie waarbij de cliënt herinneringen aan een trauma vertelt. Een therapeut leidt de cliënt daarbij af, bijvoorbeeld met handbewegingen of geluiden. Het idee is dat de traumatische herinneringen geleidelijk hun emotionele lading verliezen.
Argwaan
In een plan van aanpak schreef de verpleegkundige dat een jaar EMDR nodig was. Ook een buddy in huis en begeleiding van een kindercoach zouden nodig zijn. Daarmee zou de zoon waarschijnlijk weer bij zijn vader kunnen wonen, concludeerde de verpleegkundige.
Toen de vader dit plan opstuurde naar Jeugdzorg, kreeg hij als antwoord dat Jeugdzorg zich houdt aan de beslissing van de rechter. De vader kreeg argwaan, deed verder niets met de adviezen van de verpleegkundige en diende een klacht in bij het tuchtcollege.
Geen bewijs voor bevoegdheid
Uit de klacht van de vader leidt het tuchtcollege af dat de verpleegkundige van plan was de voorgestelde EMDR-therapie zelf uit te voeren. De verpleegkundige heeft dat niet tegengesproken. Het tuchtcollege heeft haar meerdere keren gevraagd te reageren, maar ze heeft nooit contact opgenomen en is ook niet op de zaak verschenen.
Niets wijst erop dat deze verpleegkundige bevoegd en bekwaam is voor de door haar voorgestelde behandelingen, schrijft het tuchtcollege. Maar op websites en haar LinkedIn-profiel schept zij desondanks hoge verwachtingen. Ze zou uit huis geplaatste kinderen terug bij hun ouders krijgen, ‘zonder inmenging van rechters.’
Valse illusies
Het verwijt van de vader dat deze verpleegkundige valse beloftes doet, is terecht volgens het tuchtcollege. ‘Ze heeft met haar handelwijze de grenzen van haar professionele beroepsnormen en de grenzen van een redelijke bekwame beroepsuitoefening overschreden. En ze heeft het vertrouwen in de beroepsgroep op laakbare wijze geschonden.’
Beroepscode
Het tuchtcollege verwijst naar artikel 4.7 van de Beroepscode. ‘Als verpleegkundige/verzorgende bewaak ik de onafhankelijkheid, de betrouwbaarheid en geloofwaardigheid van mijn beroepsgroep. Dit betekent onder andere dat ik
- mij bij de uitoefening van mijn beroep gedraag op een manier die het vertrouwen van zorgdragers in mijzelf en in de beroepsgroep bevordert
- mij in de sociale media presenteer op een manier die het vertrouwen van zorgdragers in mijzelf en in de beroepsgroep bevordert’
Deze beide beroepsnormen heeft de verpleegkundige geschonden, vindt het college.
Berisping
Nog iets dat het tuchtcollege de verpleegkundige heel kwalijk neemt is dat ze zich niet heeft verantwoord. De berisping komt in het BIG-register te staan. Zo moet voorkomen worden dat nog meer wanhopige ouders de dupe worden van de onprofessionele zorgverlening van deze verpleegkundige, schrijft het college.
Hier lees je het volledige verslag over deze tuchtzaak van het college.
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account