Regieverpleegkundige Gerbrecht van der Meulen (nu projectleider) dacht mee over deze vraag van het St. Antonius Ziekenhuis: hoe kun je voor twee keer zoveel patiënten zorgen met hetzelfde aantal verpleegkundigen, met behoud van werkplezier? ‘Wij denken dat het kan.’ Lees hier de uitgebreide uitleg en motivatie van Gerbrecht en haar collega’s.
Er komt nogal wat op ons af: meer (en complexe) patiënten en minder verpleegkundigen om hen te verplegen, hoe gaan we dat bolwerken? Een groep van zes verpleegkundigen, een aios, HR-medewerker en een fysiotherapeut van het St. Antonius Ziekenhuis werkte drie maanden om tot nieuwe oplossingen te komen.
Het idee voor dit project komt voort uit de wens van het bestuur van het ziekenhuis en de Verpleegkundig Adviesraad (VAR) om verder vooruit te kijken dan nu over het algemeen wordt gedaan.
‘Op dit moment lopen we steeds achter de feiten aan’, zegt manager Marc Rouppe van der Voort. ‘We worden elk jaar geconfronteerd met een tekort aan verpleegkundigen. We vinden dan snel een oplossing om het hanteerbaar te maken, en dat lukt dan net. Maar ondertussen neemt de werkdruk voor verpleegkundigen toe en staat het werkplezier onder druk. We wilden uit die dynamiek komen. We wilden verpleegkundigen ook zelf laten bedenken wat werkt.’
De projectgroep kwam tijdens het drie maanden durende project elke week een keer bij elkaar en aan het eind een hele week. De groep kwam op drie ideeën die elkaar ook weer beïnvloeden en versterken.
Eigen rol, sterk team
Het eerste idee is dat de taken van verpleegkundigen worden opgeknipt. Een verpleegkundige vervult op een dag ongeveer zeven rollen. Door de verschillende rollen op te knippen en te verdelen over het team worden verpleegkundigen minder vaak gestoord in hun werkzaamheden en kunnen ze beter vasthouden aan de taak.
Regie-verpleegkundige en zorgethica Gerbrecht van der Meulen uit het projectteam: ‘Ik ben bezig met opnames en ontslagen, ik ben coach, ik ben kwaliteitsverbeteraar, ik ben zorg-assistent en zorgverlener en moet een patiëntoverstijgende blik hebben. Dat is best veel. Voor mijn gevoel kan ik alle dingen eigenlijk niet echt goed doen.’
‘Sommige collega’s vinden het fijn om de ADL-zorg op zich te nemen, anderen zijn heel goed in opnamegesprekken of kwaliteitsprojecten’
Sommige taken kunnen ook overgenomen worden door andere zorgmedewerkers, bedacht het projectteam. En sommige rollen kunnen net zo goed in de middag of in de avond uitgevoerd worden, waardoor de arbeidstijden flexibel worden. Dat kan voor sommige collega’s in een bepaalde levensfase interessant zijn.
Van der Meulen: ‘Stel je bent zwanger en de werkzaamheden worden fysiek te zwaar, dan zijn er nog steeds andere rollen die je als verpleegkundige kunt vervullen, zoals opnamecoördinator, coach of kwaliteitsbevorderaar. Zo kun je nog steeds een onderdeel zijn van het grotere geheel. En dat niet alleen, verpleegkundigen kunnen in hun kracht komen. Sommige collega’s vinden het fijn om de ADL-zorg op zich te nemen, anderen zijn heel goed in opnamegesprekken of kwaliteitsprojecten. Laat ze dat dan vooral doen.’
Bezoekuur afschaffen, familie helpt mee
Het tweede idee is dat patiënten, familie en naasten kunnen meehelpen in de zorg. Denk aan bedden verschonen, de ADL-zorg, maar ook kleine medische handelingen die ze thuis ook moeten uitvoeren, zoals sondevoeding of fraxiparine toedienen, en wondzorg. Om dat mogelijk te maken komt er een opnamegesprek waarin besproken wordt hoe de opname er in grote lijnen uit gaat zien.
Ook inventariseert de verpleegkundige wat de patiënt en zijn naasten zelf kunnen doen. Verder wordt het bezoekuur verruimd. ‘Als we in het ziekenhuis doen zoals thuis, voelt familie zich niet buitenspel gezet en als zij taken kunnen overnemen, is dat voordelig voor de verpleegkundige maar ook voor de patiënt en diens familie,’ stelt HR-medewerker arbeidsomstandigheden Martijn Postma die ook in de projectgroep zit.
Van der Meulen vult aan: ‘In het ziekenhuis nemen we van alle patiënten de medicatie over. Dat is eigenlijk heel gek. Mensen nemen thuis medicatie in, ze komen in het ziekenhuis en wij nemen dat volledig uit handen. Vervolgens worden ze ontslagen en een uur laten moeten ze het thuis weer zelf doen.’
‘In het ziekenhuis nemen we van alle patiënten de medicatie over. Dat is eigenlijk heel gek’
Meehelpen is altijd op vrijwillige basis, benadrukt Van der Meulen, en alleen als het mogelijk is. ‘Familie van patiënten kan in het eerste gesprek ook aangeven dat ze thuis hulp nodig hebben.
In de tijd dat de patiënten in het ziekenhuis zijn, kunnen we familie en naasten ook helpen bij het aanleren van vaardigheden, zodat zij zich beter voorbereid voelen op de zorgtaken na het ontslag.’
Verder zoekt het projectteam nog uit hoe het juridisch in elkaar steekt als naasten de zorg van verpleegkundigen deels overnemen.
Anton bereidt patiënten voor
Tot slot gaat een digitaal portaal – werknaam: Anton (van St. Antonius) – een efficiëntere communicatie tussen patiënt, familie en verpleegkundigen bewerkstelligen. Patiënten kunnen onder andere zelf vragenlijsten invullen, medicatie aftekenen, informatie opzoeken, de dagplanning inzien en bijhouden hoeveel ze eten en drinken.
Allemaal op voorwaarde dat ze daartoe in staat zijn en het ook willen doen. Projectlid Postma: ‘Met het digitale portaal kunnen we dubbel werk voorkomen, maar patiënten ook beter voorbereiden op de ziekenhuisopname. Wat kunnen ze verwachten? Hoe ziet de dag eruit in het ziekenhuis?’
Daarnaast kunnen patiënten via Anton de verpleegkundige oproepen. Dat komt dan grotendeels in plaats van de bel en de pieper.
‘Met de pieper weten we nooit wat er aan de hand is’, zegt Van der Meulen. ‘Via Anton weten we dan of er haast geboden is of dat we onze taak nog even kunnen afmaken, of misschien meteen datgene meenemen wat de patiënt nodig heeft. Dat scheelt onnodige looplijnen.’
‘De aanname dat ouderen niet goed kunnen werken met digitale middelen is niet per se juist’
Ook hiervoor geldt dat het alleen voor de patiënten zal zijn die dat willen. Van der Meulen was aanvankelijk ook best sceptisch over dit idee. ‘Het zou ook alleen maar meer werk kunnen opleveren, want niet iedereen kan ermee overweg.
Daarom laten mensen die hier niet toe in staat zijn ook niet werken met een digitaal portaal. Maar de aanname dat ouderen niet goed kunnen werken met digitale middelen is niet per se juist en dat zal naar verwachting in de toekomst alleen maar beter worden.’
Nabije toekomst
De ‘mission impossible’ is inmiddels aan de zorgverzekeraar en ziekenhuisbreed gepresenteerd. In de pilot zijn de verpleegkundigen niet meer verantwoordelijk voor de 4 à 5 patiënten van nu, maar voor 6 en mogelijk uiteindelijk 8.
Het digitale platform Anton is op deze korte termijn nog niet klaar, maar onderdelen kunnen wel toegepast worden. Denk aan patiënten die zelf thuis voorafgaand aan de opname al vragenlijsten invullen, een vroegtijdig anamnesegesprek via Mijn Antonius hebben, en tijdens opname medicatie in eigen beheer, en zelf de ontlasting, vocht- en voedingsintake bijhouden.
Ook wordt gedacht aan een whiteboard op de kamer van de patiënt waarop hij zelf de dagplanning noteert, inclusief alle afspraken.
Van der Meulen stopte met haar werkzaamheden als regie-verpleegkundige en gaat samen met een regie- en oncologieverpleegkundige en een adviseur het project als projectleiders leiden: ‘We denken dat dit een mission possible kan worden.’
Het grootste probleem in de zorgsector is dat de problemen altijd maar met dezelfde medewerkers dienen opgelost worden terwijl er elders weer nieuwe problemen gecreëerd worden. Geen lange termijnvisie en het tekort wordt niet opgelost maar wordt steeds groter. Succes met de projecten. Op den duur zitten we met veel te veel denkers en geen donders, het gevolg van de bureaucratie.