Covid-19 kent meestal een grillig beloop en symptoombestrijding is zeker bij patiënten in de laatste levensfase heel lastig. Aandacht geven is meer dan ooit het credo.
Patiënten zelf laten aangeven waar ze last van hebben is een belangrijk uitgangspunt in de palliatieve zorg, maar zeker bij covid-19 kan te veel daarvan uitgaan zorgverleners op het verkeerde been zetten, benadrukt verpleegkundig consulent palliatieve zorg Steintje Brands, werkzaam bij OLVG in Amsterdam.
Dyspneu
‘De mate van benauwdheid wordt bijvoorbeeld door veel patiënten met covid-19 niet als ingrijpend ervaren, terwijl waardes laten zien dat van ernstig zuurstoftekort wel degelijk sprake is’, zegt Brands.
‘Bij hevige benauwdheid zeggen veel patiënten met een andere ziekte dat het voelt alsof hun keel dichtgeknepen wordt’, weet Brands. ‘Maar de meeste patiënten met covid-19 die in de laatste levensfase waren die ik heb gezien waren wel vermoeid, maar zeiden dat het met hun ademhaling goed ging, ook als ze een saturatie lager dan 80% hadden.’
Waardes duidelijk communiceren, zowel aan patiënten als aan naasten, is dan ook een belangrijk aandachtspunt bij symptoombestrijding bij covid-19, benadrukt ze. ‘Omdat patiënten en naasten anders misschien niet begrijpen hoe ernstig de situatie is.’
Ventilator?
Toch kan benauwdheid wel degelijk voorkomen bij covid-19. Voor adviezen om die te verminderen verwijst de Federatie Medisch Specialisten in een eigen leidraad naar de richtlijn dyspneu in de palliatieve fase. Deze adviseert bijvoorbeeld om het gevoel van benauwdheid te verminderen door gezicht, en met name het neusgebied te koelen met een ventilator. Al is daar mogelijk nog niet alles over bekend, het expertisecentrum palliatieve zorg van het LUMC raadt het in zijn scholing over covid-19 en palliatieve zorg in ieder geval af. Inderdaad vanwege een mogelijk hoger verspreidingsrisico.
Angst en onrust
Ook angst en onrust komen vaak voor bij covid-19 in de palliatieve fase, zegt Brands. ‘Er zijn’ voor de patiënt en de naasten is daarom heel belangrijk. ‘Waarschijnlijk vinden zij behalve de ziekte zelf ook die beschermende pakken heel confronterend, geef ze de gelegenheid dit te benoemen. Vraag of je ondanks je kleding voldoende rust uitstraalt en wat je kunt doen om indien nodig meer rust te bieden.’
Morfine
Sommige patiënten en ook naasten zijn angstig voor morfine, omdat ze denken dat mensen daaraan sneller overlijden. Anderen denken dat morfine het laatste is wat mogelijk is aan zorg, dus leg heel duidelijk uit waar morfine wel en niet voor is, benadrukt Brands.
Aandacht, aanwezigheid en anticiperen zijn belangrijke uitgangspunten voor het verlenen van palliatieve zorg bij covid-19, staat in een zakkaartje dat het Jeroen Bosch Ziekenhuis ontwikkelde, samen met het onderwijsprogramma palliatieve zorg O2PZ. Vragen die je kunt stellen zijn bijvoorbeeld ‘Welke hoop, angst of verwachting heeft u voor de nabije toekomst?’ en ‘Wat verwacht u van mij en wat kan ik voor u hierin betekenen?’.
Andere adviezen uit hetzelfde zakkaartje om toch verbinding te maken met de patiënt en de naasten: uitspreken dat je er voor hem of haar bent, geen onrealistische verwachtingen scheppen en ruimte bieden om te praten over wat mogelijk komen gaat. En als je twijfelt: meteen aan de bel trekken bij een consultatieteam palliatieve zorg.
Delier: oriënterende maatregelen
Omdat een delier bij covid-19 ook relatief vaak voorkomt zijn oriënterende maatregelen volgens Brands ook verstandig. Zoals een rooster ophangen met wie er dienst heeft, een klok met een duidelijk zichtbare wijzerplaat en voor de patiënt belangrijke foto’s. ‘Daarnaast probeer je natuurlijk een rustige en prikkelarme omgeving te creëren.’
Delier: medicatie-advies
Bij een terminaal delier/terminale onrust bij covid-19 is een specifiek medicatie-advies om 2 dd 12,5 – 25 mg levomepromazine subcutaan toe te dienen, als een continue subcutane infusie niet meer mogelijk is. Andere medicatie-adviezen bij symptomen bij covid-19 in de laatste levensfase vind je in dit document op Palliaweb, opgesteld door artsen van het Maastricht UMC+ en ziekenhuis Zuyderland.
‘Blijf grilligheid covid-19 benoemen’
Vermoed je dat een patiënt op korte termijn komt te overlijden, denk toch ook dan aan hoe de onrust in een andere omgeving zoals een verpleegafdeling of verpleeghuis verminderd kan worden, benadrukt Brands. ‘Ik heb meegemaakt dat een patiënt onverwacht snel overleed, maar ook dat een patiënt waarvan gedacht werd dat hij op korte termijn zou komen te overlijden zodanig herstelde dat hij weer naar een reguliere verpleegafdeling ging.’
‘Ook zo’n laatste situatie kan heel ingrijpend zijn voor patiënt en naasten, dus probeer ruimte te maken voor emoties die daarbij horen. En geef bij elke situatie aan wat je inschatting is op basis van metingen en observaties, met daarbij het voorbehoud hoe grillig covid-19 is. Dus liever zo min mogelijk: dit ís er aan de hand, maar vooral: het lijkt alsof dit aan de hand is, en dat baseer ik hierop.’
Jaarcongres Palliatieve Zorg
Hopelijk kunnen we in september weer samenkomen, om stil te staan bij de afgelopen tijd en vooruit te kijken in de wereld van de palliatieve zorg. Tijdens het Jaarcongres Palliatieve zorg op 15 september in Ede kun je luisteren naar verschillende experts op het gebied van palliatieve zorg. Meer informatie.
Lees Interacties
Praktijk
Palliatieve Zorg
Footer
Nursing Vlaanderen
Ga naar Nursing.be
Geef je reactie
Om te kunnen reageren moet je inlogd zijn. Inloggen Ik heb nog geen account