
Hoe vaak kregen patiënten met palliatieve zorg in 2017 een ‘niet-passende behandeling’, dat was de onderzoeksvraag. Een behandeling is niet-passend als de verwachte gezondheidsopbrengst niet opweegt tegen de verwachte negatieve consequenties van de behandeling in de tijd die iemand nog te leven heeft.
Context cijfers
In dit onderzoek gaat het specifiek over ic-opnames, reanimatie, kunstmatige toediening van voeding en een tracheotomie in de laatste levensmaand in het ziekenhuis.* De cijfers hebben alleen betrekking op de mensen die in 2017 overleden aan een aandoening relevant voor palliatieve zorg. Dat zijn bijna 110.000 mensen, ongeveer driekwart van alle in 2017 overleden Nederlanders.
Zo vaak kwamen niet passende-behandelingen voor
- Bijna 5% werd in de laatste levensmaand opgenomen op de ic
- Bij 1% was sprake van reanimatie in het ziekenhuis
- 1% kreeg kunstmatige toediening van voeding in het ziekenhuis
- 0,1% kreeg een tracheotomie
Verschillen tussen patiëntengroepen
Jongere mensen kregen vaker niet-passende behandelingen. Vooral ic-opnames komen bij hen relatief vaak voor. Ruim een derde van de jongeren tot 18 jaar met palliatieve zorg werd opgenomen op de ic. Dat gold voor 11% van alle mensen tussen de 18 en 65 jaar, en voor 7% van de groep 65-plus tot 85 jaar. Van de 85-plussers werd 1% in hun laatste levensmaand opgenomen op de ic.
Daarnaast werden patiënten met een leveraandoening 4 keer zo vaak als gemiddeld opgenomen op de ic (zo’n 20% van de 1104 patiënten). Ook kregen zij vaker dan bij andere aandoeningen kunstmatige voeding toegediend in het ziekenhuis.
Mensen met dementie werden veruit het minst opgenomen op de ic, slechts 0,1% van de ruim 17.000 patiënten met dementie die palliatieve zorg kregen.
Conclusie?
Of de percentages laag genoeg zijn kan het Nivel niet aangeven, omdat er geen normen hiervoor zijn. Nivel wil trends in kaart brengen en normen formuleren door over recentere jaren informatie te verzamelen.
*Omdat een ic-opname, reanimatie in het ziekenhuis, kunstmatige toediening van voeding in het ziekenhuis of een tracheotomie soms toch wenselijk is in de laatste levensmaand, spreekt het Nivel ook wel van ‘potentieel niet-passende behandelingen’.